Selecteer een pagina

Wie is wie in Rio?


Alle Nederlandse deelnemers aan de Olympische Spelen 2016

Atletiek  ܁  Baanwielrennen  ܁  Badminton  ܁  Beachvolleybal  ܁  BMX  ܁  Boksen  ܁  Boogschieten  ܁  Golf  ܁  Handbal  ܁  Hockey  ܁  Judo  ܁  Mountainbike  ܁  Paardrijden ܁  Roeien  ܁  Schermen  ܁  Schoonspringen  ܁  Taekwondo  ܁  Tafeltennis  ܁  Tennis  ܁  Turnen  ܁  Triatlon  ܁  Volleybal  ܁  Watersport  ܁  Wielrennen  ܁  Worstelen  ܁  Zwemmen

Medaillewinnaars

[addtoany]

Teksten: Fred Buddenberg, Kick Hommes, Seije Slager, Eline van Suchtelen, Rob Velthuis
Techniek: Jan Kruidhof

Nederlandse medailles

Atletiek

Melissa Boekelman

Melissa Boekelman

Discipline: Kogelstoten
Leeftijd: 27 jaar

Melissa Boekelman plaatste zich op de valreep voor de Olympische Spelen. Toen de Europese kampioenschappen in Amsterdam voor de negenvoudige Nederlandse kampioene slechts een achtste plaats brachten (wel haar beste internationale prestatie bij de senioren ooit) met een niet toereikende afstand van 17,92 meter, zocht de kogelstootster haar heil enkele dagen later op een anonieme wedstrijd in het Belgische plaatsje Burcht. Daar, zonder de grote spanning van een vol stadion, was haar tweede poging raak: 18,36, een persoonlijk record.

De 27-jarige pupil van trainer Gert Damkat, die ook discuswerpen en bobsleeën in haar sportieve pakket had, gold als een groot talent dat in haar jeugd wereldkampioene (2006) en Europees kampioene (2007) kogelstoten was. Haar carrière bij de senioren is wisselvallig: ze viel nog nooit in de internationale prijzen.

Andrea Deelstra

Andrea Deelstra

Discipline: Marathon
Leeftijd: 31 jaar

Voor Andrea Deelstra vormen de Olympische Spelen het eerste mondiale podium waarop ze deelneemt. Tien jaar geleden nam ze deel aan de Europese Kampioenschappen als steepleloopster; in 2014 werd ze op de EK dertiende op de marathon. Vorig jaar werd ze in een tijd van 2.26.46 vijfde in de marathon van Berlijn, een prestatie waarmee de voormalige Nederlandse kampioene zich kwalificeerde voor Rio.

Als kind dat niet kon stilzitten beoefende ze diverse sporten, tot ze verslingerd raakte aan hardlopen en de afstanden steeds langer werden. Als afleiding van het lopen werkt Deelstra bij de Gelderse Sportfederatie, onder meer met het geven van gymlessen in het basisonderwijs. Ze geldt in de door Afrikanen gedomineerde marathon niet als een medaillekandidaat.

Maureen Koster

Maureen Koster

Discipline: 1500, 5000 meter
Leeftijd: 23 jaar

Maureen Koster had zich erop verheugd om tijdens de EK in Amsterdam in een vol stadion met eigen publiek te lopen. De nacht voor haar race werd ze ziek, ze wilde toch lopen, maar kreeg in de callroom van haar arts een startverbod. Weg generale repetitie, weg atletiekfeest.

Koster haalde haar grootste succes vorig jaar tijdens de EK indoor, waar ze op de 3000 meter derde werd. Voor Rio, ze plaatste zich voor twee afstanden, belegde ze een lang trainingskamp in het op 2200 meter hoogte liggende Amerikaanse Flagstaff. Ze liep in de voorbereiding minder wedstrijden dan vorig jaar.

Toen Koster op haar veertiende begon met hardlopen, droomde ze ervan ooit Nederlands kampioen te worden. Inmiddels heeft ze zich op haar 23e aan de hand van haar oom ontwikkeld tot een atlete die steeds dichter opschuift naar de wereldtop. Dat onderstreepte ze dit jaar met haar vierde plaats op de 3000 meter tijdens de WK indoor.

Femke Pluim

Femke Pluim

Discipline: Polsstokhoogspringen
Leeftijd: 21 jaar

Voor de 21-jarige Femke Pluim is het leven een feest, en dat moeten haar wedstrijden ook zijn. Daarom is ze blij dat ze vijf jaar geleden de overstap maakte van het gedisciplineerde turnen naar de volgens haar vele malen leukere en socialere atletiek. De overstap ging haar goed af, in 2013 werd ze op haar acrobatische onderdeel tweede op de Europese jeugdkampioenschappen.

De atlete van AAV ’36 uit Alphen aan den Rijn heeft dit jaar eigenlijk haar doel al bereikt. Ze wilde als relatief onervaren polsstokhoogspringer pieken op de EK in eigen land. Dat deed ze met een beste seizoensprong van 4.45 meter, waarmee ze zesde van Europa werd. De Olympische Spelen in Rio beschouwt ze als een waardevolle investering in de toekomst. Eigenlijk was ze verrast dat de limiet op 4,50 meter was gesteld, een hoogte die ze vorig jaar overbrugde.

Tessa van Schagen

Tessa van Schagen

Discipline: 200, 4×100 meter
Leeftijd: 22 jaar

Tessa van Schagen kwalificeerde zich tijdens de NK op persoonlijke titel op de 200 meter voor Rio. Ze werd op die afstand zelfs Nederlands kampioene bij afwezigheid van wereldkampioene Dafne Schippers. De 22-jarige oud-turnster, onlangs zevende op de EK, kan in Rio vooral een rol spelen als vaste kracht van de 4×100 estafetteploeg.

Jip Vastenburg

Jip Vastenburg

Discipline: 10.000 meter
Leeftijd: 22 jaar

Jip Vastenburg verslikte zich tijdens de EK atletiek in Amsterdam blijmoedig in haar zelfoverschatting. De studente psychologie aan de vrije Universiteit had zich na haar vierde plaats van twee jaar eerder goed genoeg gevonden voor de troon, of anders een andere plaats op het erepodium. De achtste plaats was een desillusie, en een slechte generale repetitie.

Die fout zal ze in Rio niet maken. Daar is de tegenstand veel groter, en haar ambitie bescheiden. Ze kijkt veel verder vooruit, en ook naar langere afstanden. Vastenburg hoopt het vier jaar na Rio in Tokio op marathon waar te kunnen maken. Daarbij zegt de 22-jarige atlete niet op te kijken naar de Afrikaanse overmacht.

Nadine Visser

Nadine Visser

Discipline: Zevenkamp, 100 meter horden
Leeftijd: 21 jaar

Een sprintnummer met hindernissen is haar specialiteit, maar liever ontwikkelt de voormalige turnster zich breed op de zevenkamp. Dat doet ze onder Bart Bennema, dezelfde man die Dafne Schippers traint. Nadine Visser (21) voelt zich echter niet voor de keuze staan die haar teamgenote maakte: afscheid nemen van de veelzijdigheid om roem te oogsten als sprintster.

Visser denkt een betere hordeloopster te kunnen worden dankzij de zevenkamp. Voor beide onderdelen plaatste ze zich voor de Olympische Spelen, maar wat haar vooruitzichten zijn is onduidelijk. Ze was lange tijd uitgeschakeld door een kuitblessure, ontbeerde wedstrijdritme en slaagde er niet in om zich te plaatsen voor de finale van de EK. De studente gezondheid en maatschappij aan de Universiteit van Wageningen bleef ver verwijderd van haar persoonlijke record.

Liemarvin Bonevacia

Liemarvin Bonevacia

Discipline: 400 meter
Leeftijd: 27 jaar

Tijdens de Nederlandse kampioenschappen van 2014 baarde Liemarvin Bonevacia in het Olympisch Stadion van Amsterdam voor het eerst opzien. Hij was te laat uit zijn hotel vertrokken, had problemen met het openbaar vervoer en begon zijn warming up in de bus. Twintig minuten voor de start van de finale arriveerde hij, kreeg een gele kaart en liep gestrest het 28 jaar oude Nederlandse record op de 400 meter uit de boeken: 45,41.

Enkele weken geleden won de doorgaans relaxte atleet brons tijdens de EK in hetzelfde Olympisch Stadion. In Rio is hij voor het eerst olympisch deelnemer voor Nederland. Vier jaar geleden in Londen kwam hij uit onder een onafhankelijke vlag, nadat Curaçao als sportnatie was opgeheven. Het aanbod om voor Nederland uit te komen sloeg hij aanvankelijk af. In 2013 kwam hij voor het eerst uit in oranjetenue, tijdens de WK in Moskou op de 4×400 estafette.

Fabian Florant

Fabian Florant

Discipline: Hinkstapsprong
Leeftijd: 33 jaar

Goede hink-stap-springers zijn in Nederland schaars. Fabian Florant is de eerste Nederlandse deelnemer sinds Marten Klasema in 1936 die zich voor de Olympische Spelen plaatste. En vraag niet hoe. Achter zijn naam staan twaalf Nederlandse titels op zijn specialiteit (de eerste pas in 2008) en 33 levensjaren. Een groot deel van die tijd sprong Florent in Amerika, waar hij studeerde.

Pas dit jaar slaagde hij erin zich, met een sprong van 16,92 meter, voor het eerst voor een mondiaal toernooi te plaatsen. Het overschrijden van grote afstanden werden een zelfstudie die veel tijd vergde. Om dichter bij de grens van zeventien meter te komen, deed hij veel research en sprak hij met olympisch- en wereldkampioenen. Bij gebrek aan een vaste trainer was het de enige manier om beter te worden. In Trouw zei hij daarover onlangs: “Het was bijna een masterstudie, maar dan met mezelf als onderwerp. Ik wilde het makkelijk maken voor de trainers met wie ik zou gaan werken.”

De zoon van een Nederlandse moeder en een vader uit de eilandstaat Dominica in de Caribische zee is opgegroeid in Amerika en springt sinds 2008 voor Nederland.

Abdi Nageeye

Abdi Nageeye

Discipline: Marathon
Leeftijd: 27 jaar

Abdi Nageeye noemt zich een geluksvogel, zoals hij zich als vluchteling uit Somalië in Nederland kon ontpoppen tot olympische atleet. Makkelijk is dat niet gegaan. Als vijfjarige vluchtte hij met zijn broer naar Nederland, maar werd na zes jaar meegenomen naar Syrië en belandde uiteindelijk weer in Somalië bij zijn ouders. De is Mogadishu geboren Nageeye kon er niet meer aarden, spaarde geld en vluchtte zonder overleg alleen terug naar Nederland. Hij werd ondergebracht bij een pleeggezin in Gelderland, kreeg een aangepast schoolprogramma en ontwikkelde zich in Apeldoorn onder trainer Johan Voogd tot goede langeafstandsloper.

Hij verkeert al jaren in hoog atletiekgezelschap. Nageeye brengt veel tijd door in trainingskampen in Ethiopië met zijn vriend Mo Farah, de Somaliër die zich in Groot-Brittannië ontwikkelde tot wereld- en olympisch kampioen op de vijf en tien kilometer.

Eelco Sintnicolaas

Eelco Sintnicolaas

Discipline: Tienkamp
Leeftijd: 29 jaar

Toen Eelco Sintnicolaas in 2010 tijdens de Europese kampioenschappen in Barcelona verrassend zilver won op de tienkamp, lag een rijke toekomst voor hem open. Op Europees niveau kreeg zijn succes inderdaad vervolg, indoor op de zevenkamp met de titel in 2013 en brons in 2015. Maar met name blessures weerhielden hem van de echte doorbraak op mondiaal niveau.

Tweemaal werd hij op de tienkamp vijfde op de WK, in 2011 en 2013. Twee jaar geleden moest hij zich op Europees niveau tevreden stellen met de vierde plaats; zijn ambities om voor eigen publiek in Amsterdam te schitteren, liepen enkele weken geleden met een mislukte tienkamp spaak.

Eigenlijk viel dat toernooi voor de meerkampers ongelukkig, met zo kort daarop de Olympische Spelen. Want in Rio wil Sintnicolaas revanche voor de teleurstellende Olympische Spelen van Londen, vier jaar geleden. Toen eindigde hij na een magistraal begin van het seizoen slechts als elfde. Met vele recente tegenslagen – een aantal wedstrijden waaronder de WK van vorig jaar kon hij door blessures niet afmaken en hij onderging in februari een enkeloperatie – is het moeilijk optimistisch te blijven.

Estafette 4x100 meter

Estafette 4x100 meter

Vrouwen

Dafne Schippers, Tessa van Schagen, Jamile Samuel, Naomi Sedney, Marije van Hunenstijn, Tasa Jiya.

Nadine Broersen

Nadine Broersen

Discipline: Zevenkamp
Leeftijd: 26 jaar

Nadine Broersen werd in 2014 wereldkampioene indoor op de vijfkamp en won dat jaar op de zevenkamp zilver tijdens de EK. Vorig jaar strandde ze op die zevenkamp in Peking onnodig op de vierde plaats. Dat het geen medaille was, had ze geheel te danken aan haar eigen eigenwijsheid. En van die fout blijkt ze niets te hebben geleerd.

De laat opgebloeide Broersen, ook een talentrijk hoogspringster, was de winter daarvoor zo koppig geweest om met twee verrekte, amper genezen enkelbanden een gooi te doen naar de Europese indoortitel. Daar sprong ze met opspelende pijn tijdens het belastende hoogspringen de boel aan gort. Opgeven was geen optie: “Daar ben ik te koppig en te eigenwijs voor.”

Zo loopt deze meerkampster haar achterstand op de concurrentie op. Ondanks haar blessuregevoeligheid was ze in juli vastbesloten voor eigen publiek deel te nemen aan de EK in Amsterdam. Toen ze ziek werd, hinkte ze op twee gedachten. Zou ze het volledige programma kunnen voltooien? Ondanks een stroeve meerkamp wilde ze het publiek niet teleurstellen. Maar voor de afsluitende 800 meter wierp ze op doktersadvies toch de handdoek in de ring.

Daarmee lijkt ze zo kort voor Rio haar olympische kansen danig te hebben verkleind. Vervolgens brak ze ook met haar trainer Ronald Vetter, die haar sinds 2011 trainde. Gerard Lenting is enkele weken voor Rio haar nieuwe coach geworden.

Sifan Hassan

Sifan Hassan

Discipline: 800 meter, 1500 meter
Leeftijd: 23 jaar

Haar trainer Honoré Hoedt presenteerde Sifan Hassan enkele jaren geleden bij haar inlijving tot Nederlandse als toekomstige olympische kampioen in tweevoud. Nooit eerder had hij iemand ontmoet die zo’n looptalent koppelde aan de vastberadenheid vooral niet te willen verliezen.

In een razend tempo ontwikkelde Hassan, om onduidelijke redenen alleen gevlucht uit Ethiopië, zich van 800 tot 5000 meter-loopster tot een internationaal gerespecteerde topatlete. Alles leek haar te komen aanwaaien, ze werkte zich na Dafne Schippers op tot Nederlands belangrijkste troef in de atletiek. Dit jaar nog werd ze wereldkampioene indoor op de 1500 meter.

Kort daarna, tijdens een hoogtestage in Flagstaff, raakte Hassan buiten de atletiekbaan vrij ernstig geblesseerd aan haar rechterhamstring en bilspier. Dat dwong haar tot een lange, frustrerende rustperiode.

Tijdens de EK in Amsterdam wilde ze het publiek blij maken, maar verkeerde ze in de wetenschap dat ze snelheid miste om serieus een gooi te doen naar de Europese titel. De pijn verbijtend sprintte ze op de 1500 meter naar zilver. Met meer wedstrijdritme moet het volgens Hoedt voor Rio allemaal goed komen.

Susan Kuijken

Susan Kuijken

Discipline: 5000, 10.000 meter
Leeftijd: 30 jaar

Voor Susan Kuijken is het leven altijd een race geweest. Ze ontwikkelde zich breed in diverse, uiteenlopende sporten en zegt op haar website zelfs in het circus te hebben getraind. Het werd uiteindelijk atletiek. Daarin is ze fanatiek, ze ging er voor in Amerika studeren en later in Australië wonen.

Het harde Amerikaanse systeem had zijn weerslag op het kwetsbare lichaam van de Nijmeegse. Ze was veelvuldig geblesseerd maar klom de laatste jaren naar de wereldtop. Op de vijf en tien kilometer behoort ze tot het beste wat Europa te bieden heeft. Om haar gevoelige achillespezen te sparen, liep ze pas tijdens de EK atletiek in Amsterdam haar eerste wedstrijd. Ze werd daar vierde op de 5000 meter. Twee jaar geleden verraste ze in Zürich op die afstand met brons. Op de dubbele afstand acht ze zichzelf kansrijker. Maar in Rio, waar ze haar olympische debuut maakt, lijken haar Afrikaanse concurrentes een maat te groot.

Jamile Samuel

Jamile Samuel

Discipline: 200, 4×100 meter
Leeftijd: 26 jaar

Geloof het of niet, maar Jamile Samuel was de sprintster waar Dafne Schippers ooit tegenop keek. Van de onderlinge races die Samuel  aanvankelijk van de wereldster in spe won, herinnert ze zich niet veel meer. Wel dat er ineens een lang, blank meisje naast haar in de baan stond die haar met een slechte techniek en brute kracht proberen te verslaan.

Nu loopt Samuel ver in de schaduw van Schippers. De 1.68 meter kleine atlete moest haar hoge pasfrequentie verlagen en haar schreden verlengen om nog enigszins in de pas te blijven bij haar en de concurrentie uit Jamaica en Amerika. Als junior won ze internationale medailles, nu is ze daarvoor vooral afhankelijk van de estafette.

Anders dan Schippers traint Samuel niet fulltime op het nationale sportcentrum Papendal. Zich daar vestigen, daar zou ze niet gelukkig van worden. Liever woont ze in de buurt van familie en vrienden in Amsterdam, waar ze haar afleiding vindt in schilderen. Na haar sportieve carrière wil ze dat serieus gaan aanpakken.

Dafne Schippers

Dafne Schippers

Discipline: 100, 200, 4×100 meter
Leeftijd: 24 jaar

Ze is al het onbetwiste boegbeeld van de Nederlandse olympische ploeg. Niets spreekt op het hoofdtoernooi van de Olympische Spelen meer tot de verbeelding dan de pure snelheid op de sprints. Al decennialang zijn die het domein van Afrikanen of hun afstammelingen. De blonde Dafne Schippers (24) is in twee jaar tijd binnen dat veld de onverwachte uitzondering geworden, als de nummer één (200 meter) en nummer twee (100 meter) van de wereldkampioenschappen vorig jaar. Over de hele wereld worden vergelijking getrokken met Fanny Blankers-Koen, de vliegende huisvrouw die in 1948 in Londen vier gouden medailles won.

Naast Fanny Blankers-Koen kende Nederland tot dusverre slechts twee olympische kampioenen: Ria Stalman (discuswerpen) in 1984 en Ellen van Langen (800 meter) in 1992. Schippers behoort op de 100 en 200 meter tot de favorieten, en ze beschikt daarbij over de uitzonderlijke kwaliteit dat ze nuchter blijft onder de grootste druk. Op het olympische podium vormt dat echter geen enkele garantie.

Om optimaal aan de start te verschijnen, liep ze tijdens de afgelopen EK in Amsterdam een beperkt programma. Ze prolongeerde haar Europese titel op de 100 meter, en liet de dubbele afstand schieten. De tegenwoordig in Arnhem wonende Utrechtse kon in alle rust toewerken naar de ultieme topvorm. Dat biedt haar een voordeel boven de Jamaicaanse en Amerikaanse concurrentes, die in die periode al in topvorm moesten zijn. Ze moesten zich tijdens hun zwaar bezette trials nog kwalificeren voor de Olympische Spelen. Over de voorsprong in tijden die zij daarmee dit seizoen op Schippers hebben, zegt ze zich daarom niet druk te maken.

Anouk Vetter

Anouk Vetter

Discipline: Zevenkamp
Leeftijd: 23 jaar

Anouk Vetter was de grootste verrassing van de EK atletiek in Amsterdam. Dat toernooi paste een maand voor Rio eigenlijk niet in haar programma, maar ze zwichtte voor het steeds grotere enthousiasme dat het toernooi in Nederland losmaakte.

Ze genoot met volle teugen van het volle stadion, de toejuichingen joegen de sfeergevoelige atlete tot grote hoogte. Van goud had ze al niet durven dromen, laat staan van een nationale record van 6620 punten. Slechts twee atletes op de wereld scoorden dit seizoen hoger.

Daarmee meldde ze zich als medaillekandidaat voor de Olympische Spelen, waarbij het wel de vraag is of ze op tijd herstelt en naar een echte vormpiek kan werken. Want daar was met de late beslissing om deel te nemen voor de EK geen sprake van geweest.

Vetter stond altijd te boek als een bijzonder kwetsbare atlete, vandaar dat ze door haar vader en bondscoach Ronald Vetter met alle voorzichtigheid naar de top werd geleid. Pas vanaf 2014 is de trainingsbelasting opgevoerd, en maakt ze enorme progressie.

Solomon Bockari

Solomon Bockari

Discipline: 100, 200, 4×100 meter
Leeftijd: 29 jaar

Sinds Solomon Bockarie in juni vorig jaar zijn Nederlandse paspoort kreeg, is hij een vaste kracht van de 4×100 estafetteploeg. Vorig jaar nam hij met Nederland deel aan de WK in Peking, waar de finale bij afwezigheid van Martina niet werd bereikt. Voor Rio bemachtigde Bockarie ook de individuele startbewijzen op de 100 en 200 meter, de afstanden waarop hij dit jaar tijdens de Nederlandse kampioenschappen tweede werd.

Bockarie (29) kwam enkele jaren geleden na een traumatisch leven in Sierra Leone naar Nederland, waar hij na enige omzwervingen in Zoetermeer bij atletiekvereniging Illion terechtkwam. Nu hij zich zo snel tot Nederlands topsprinter heeft ontwikkeld, betreurt hij het dat hij pas op zijn 21e met atletiek is begonnen. “Ik had nu veel harder kunnen lopen.”

Met weemoed denkt hij soms terug aan de tijd dat hij zijn sprints in Sierra Leone trok. Zeker als hij ziet dat atletiekwedstrijden hier nauwelijks toeschouwers trekken. In zijn geboorteland, zo zegt hij, staan vaak 20.000 toeschouwers aan de kant. Wat dat betreft kon Bockarie tijdens de EK in Amsterdam zijn hart ophalen.

Pieter Braun

Pieter Braun

Discipline: Tienkamp
Leeftijd: 23 jaar

In mei vorig jaar overschreed Pieter Braun in Götzis, het ‘officieuze wereldkampioenschap meerkamp’, voor het eerst de magische barrière van 8000 punten. Met zijn score van 8197 voldeed hij aan de limieten voor de wereldkampioenschappen in Peking en de Olympische Spelen. In hetzelfde jaar werd hij Europees kampioen onder 23 jaar en eindigde hij knap als twaalfde tijdens de WK. Hij bleek zich ontpopt te hebben als een meerkamper die stabiel boven de 8000 punten bleef scoren.

Zijn daarop gebaseerde hoop op medailles tijdens de EK in Amsterdam bleek te hoog gegrepen. In een wisselende reeks werd hij met 7945 punten zevende. Daarmee overtrof hij de al jaren beste Nederlandse meerkamper Eelco Sintnicolaas, met wie hij trainer Vince de Lange deelt.

Churandy Martina

Churandy Martina

Discipline: 100, 200, 4×100 meter
Leeftijd: 32 jaar

Churandy Martina, uitbater van ‘blijheid’, noemt zijn race over 200 meter van de Olympische Spelen in Peking de beste uit zijn carrière. Hij finishte als deelnemer voor de Nederlandse Antillen achter de ongenaakbare Usain Bolt als tweede in 19,82. Er zat helaas een smetje aan. Martina had in de bocht met zijn voet de lijn getoucheerd en werd na protest van de Amerikanen gediskwalificeerd. Martina had wereldwijd naam gemaakt als sprinter, maar niet zoals hij wilde.

Hij was in Peking vierde op de 100 meter in 9,93. Die tijd zou hij eind 2012 aanscherpen tijdens de Olympische Spelen in Londen, maar daar kon hij onder Nederlandse vlag in twee finales niet met een medaille stunten. Dat jaar werd hij op de 200 meter wel Europees kampioen. In 2004 was Martina al deelnemer aan de Olympische Spelen; de ervaren sprinter liep in totaal vijf olympische finales.

Estafette 4x400 meter

Estafette 4x400 meter

Vrouwen

Lopers: Lisanne de Witte, Laura de Witte, Nicky van Leuveren, Eva Hovenkamp, Madiea Ghafoor.

Estafette 4x100 meter

Estafette 4x100 meter

Mannen

Lopers: Churandy Martina, Solomon Bockarie, Hensley Paulina, Giovanni Codrington, Joren Tromp.

Baanwielrennen

Elis Ligtlee

Elis Ligtlee

Discipline: Teamsprint, sprint, keirin
Leeftijd: 22 jaar

Elis Ligtlee was vorig jaar de koningin van de EK: ze veroverde vier medailles, waarvan twee keer goud. Bijzonder goed voor de destijds 21-jarige baanrenster, die pas vijf jaar eerder de overstap maakte naar de velodrome. Daarvoor bedwong ze de bulten van de BMX-baan.

Maar toen: boem! Daar lag ze op de grond tijdens de Zesdaagse van Rotterdam in januari. Een hersenschudding en een blauw jukbeen vielen haar ten deel, en haar verwondingen leidden tot een matig WK in maart met slechts een bronzen medaille op de 500 meter.

Het was een niet ideale voorbereiding voor de jonge Nederlandse sprintkoningin, van wie in Rio veel wordt verwacht op de teamsprint, sprint en keirin. Gelukkig heeft ze tijd genoeg gehad om te herstellen, want na het WK werden weinig wereldbekerwedstrijden gereden. De sprintster gaat wel met veel zelfvertrouwen naar haar eerste Spelen. Deze zomer klonk voor haar op de EK voor beloften nog vier keer het Wilhelmus.

Kirsten Wild

Kirsten Wild

Discipline: Omnium
Leeftijd: 33 jaar

Officieel is het een van de vele baandisciplines, onofficieel heeft het omnium de laatste jaren in het baanwielrennen de sprint bedreigd als koningsnummer in het baanwielrennen. En hoe mooi is het dan dat Nederland met Kirsten Wild een door de wol geverfde medaillekandidaat op de zeskamp bezit.

Althans, dan moet de wielrenster zich nog wel verbeteren op de kortste afstand, de 500 meter. Daar verliest ze als vrouw van de lange adem (ze fietst en wint ook regelmatig op de weg) vaak net te veel punten voor een absolute topklassering.

Trouw-columniste Marijn de Vries schreef over hoe Wild zichzelf kan pijnigen: “Ze kan veel volhouden. Halverwege een koers vallen, haar schouder breken en de wedstrijd gewoon uitrijden, bijvoorbeeld. En daarna niet naar de dokter gaan, maar naar een bijeenkomst met sponsors, omdat het nu eenmaal belangrijk is je sponsors te bedanken, toch, ook al verga je van de pijn.”

 Matthijs Büchli

Matthijs Büchli

Discipline: Teamsprint, keirin
Leeftijd: 23 jaar

In zijn jonge jaren schopte Matthijs Büchli regelmatig tegen een balletje. Dat bleek geen succes. Hard fietsen kon hij wel en dus maakte Büchli al op zijn zestiende levensjaar de overstap naar Arnhem. Daar trainde en studeerde hij onder begeleiding. Alles voor een zo goed mogelijk resultaat.

Voor Büchli telt in Rio eigenlijk één onderdeel. Hoewel hij op de lijst staat voor de teamsprint, is de keirin dé plek waar de Santpoorter zich wil bewijzen. Hoe diep zijn liefde voor dat onderdeel is, bewees het feit dat hij vorig jaar naar Japan afreisde, de bakermat van het onderdeel waarbij achter een motorfiets wordt gestart. Daar, tussen al het Japanse geweld, wilde hij hardheid opdoen.

Hardheid heeft hij sowieso nodig. Hij liep in april een scheurtje in een spiertje bij zijn linkerknie op en moest drie weken aangepast trainen. Een lange periode in de voorbereiding van een topsporter. Het is te hopen dat hij fit genoeg aan zijn Rio-campagne kan beginnen.

Nils van ’t Hoenderdaal

Nils van ’t Hoenderdaal

Discipline: Ploegenachtervolging, teamsprint
Leeftijd: 22 jaar

De jonge Amsterdammer Van ’t Hoenderdaal heeft pech. Hij heeft op de teamsprint grootheden als Hoogland en Bos als concurrenten, waardoor de kans bestaat dat hij zijn plek moet afstaan. Maar, zo is het ook wel weer, de sprinter heeft zijn plek redelijk veilig gesteld.

De Amsterdammer kan in de teamsprint zowel als eerste of als derde renner starten. Veelal wordt hij echter gebruikt om de trein op gang te trekken. Zo reed hij vorig jaar bij de EK, waar Nederland uit het niets eerste werd, een eerste ronde van 17,5 seconde. Goed, heel goed, maar voor Rio waarschijnlijk niet snel genoeg. Daar is een opening van rond de 17 seconden noodzakelijk. Of Van ’t Hoenderdaal dat kan? “Het gaat de goede kant op”, liet hij zich tegen de NOS ontvallen.

Jan Willem van Schip

Jan Willem van Schip

Discipline: Ploegenachtervolging
Leeftijd: 21 jaar

Saai staat niet in het woordenboek van Jan Willem van Schip, de 21-jarige coureur uit Schalkwijk. Overal heeft hij wel zijn woordje klaar en zijn leven draait om snelheid. Op de baan, maar ook op de weg.

“Ik omschrijf mijzelf als een sterke beukcoureur”, staat te lezen op het profiel van Van Schip op de site van zijn team CT de Rijke. “Ik zeg altijd: ‘Ik heb een huis met een zolder, en geef graag dikke beuksessies in de polder!”

Die beuksessies krijgen een vervolg in Rio, waar Van Schip deel uitmaakt van de ploegenachtervolging. “Als je gaat ploegenachtervolgen en je voelt gewoon dat de ploeg gaat rollen en dat niemand hem terug laat komen en dat iedereen er alles voor geeft om die snelle tijd te rijden en je rijdt constant rondjes rond de 14,5 seconden. Dat is gewoon ontzettend mooi, echt een kicken gevoel.”

Tim Veldt

Tim Veldt

Discipline: Omnium, ploegenachtervolging
Leeftijd: 32 jaar

Tim Veldt is nergens echt goed in. Wel goed, maar niet écht goed. Hij kan alles ‘een beetje’, en daarom is hij ook de ideale man om mee te doen aan het omnium, de zeskamp.

Veldt is ook lid van het team dat aan de ploegenachtervolging meedoet. Met hen was hij de afgelopen maanden op stage in Portugal, om alle facetten van die discipline te perfectioneren. Eerder was er nog enige wrevel, omdat de ploeg liever een echte specialist mee had genomen op de ploegenachtervolging. Destijds was bondscoach Jabic-Jan Bastiaans helder: “Hij is een vaste waarde in die ploeg. Wie 1.02 op de kilometer kan rijden, en 4.21 op de achtervolging, moet altijd in die ploeg. We hebben niemand in Nederland die dat ook kan.’’

Veldt heeft op het omnium kansen op het podium. Bij de WK in Londen in maart stond hij na vijf van de zes afstanden derde (tussen toppers als Mark Cavendish en Elia Viviani), maar liet hij die plek liggen door zich voornamelijk te focussen op plaatsing voor Rio. Met iets meer lef is veel mogelijk, zegt hij zelf.

Laurine van Riessen

Laurine van Riessen

Discipline: Teamsprint, sprint, keirin
Leeftijd: 28 jaar

Dat schaatsers in de zomer vaak fietsen om in conditie te komen, is bekend. Dat sommige schaatsers heel hard kunnen fietsen, is ook bekend. Maar dat schaatsers de ijzers inruilen voor een baanfiets, dat komt niet heel vaak voor. Toch is dat precies de route die Laurine van Riessen koos toen ze zich anderhalf jaar geleden besloot te richten op het baanwielrennen.

Van Riessen reageerde zelf op een oproep van bondscoach René Wolff, die zich afvroeg wie de sprintaantrekster van Elis Ligtlee wilde worden. Opvallend was het wel, want Van Riessen had bijvoorbeeld nog nooit van een startmachine gehoord.

Toch bleek de schaatster ook zeer snel te kunnen fietsen. In Rio mag ze naast de teamsprint met Ligtlee ook uitkomen op de individuele sprint en de keirin. Haar plaatsing maakt haar überhaupt al uniek. Zo vaak komt het niet voor dat een sporter zowel de Winter- als de Zomerspelen meemaakt. Na Rio is het doel ook duidelijk: de Winterspelen van 2018.

Theo Bos

Theo Bos

Discipline: Teamsprint, sprint, keirin
Leeftijd: 32 jaar

De oude krijger keert terug op het oude nest. Zo is de olympische missie van Theo Bos misschien wel het best te omschrijven. De winnaar van olympisch zilver in 2004 keerde vorig jaar na een minder succesvolle wegcampagne terug op de wielerbaan. Onder de hoede van bondscoach Wolff, twaalf jaar geleden een geduchte tegenstander van Bos.

In maart ontplofte Twitter toen op de WK de kilometertijd van Bos (zelf vroeg gestart) lange tijd de snelste bleek. Het was alsof de wereld opnieuw ontdekte dat de veteraan nog steeds kon sprinten. Dat Bos uiteindelijk door de laatste concurrent naar de tweede plek werd verwezen, bracht daar geen verandering in.

Bos rijdt in Rio de teamsprint, waar hij de laatste man in het treintje van drie is. Heel vanzelfsprekend was dat niet. In een sprint-off in het Franse Roubaix verwees de veteraan jongeling Hugo Haak terug. Het gesprek daarna, toen de definitieve samenstelling van de ploeg werd vastgelegd, was ‘het moeilijkste gesprek uit mijn loopbaan’, zo zei Bos later. Zelfs een veteraan kan dus nog worden verrast.

Joost van der Burg

Joost van der Burg

Discipline: Teamachtervolging
Leeftijd: 22 jaar

Joost van der Burg zette dit jaar zijn studie fiscale economie even in de ijskast om zich optimaal voor te kunnen bereiden voor Rio. Als lid van de achtervolgingsploeg moest dat wel, want de concurrentie is enorm. Maar wat goed is, kan snel doorstromen.

Van der Burg is namelijk vooral dit jaar in topvorm. Hij stak deze winter zijn kop voor het eerst boven het maaiveld uit, deze zomer betwiste hij een bike-off in zijn voordeel. Hij reed zelfs de vaste starter, Roy Eefting, uit het team.

Van der Burg is een jonkie in de selectie en de ‘starter’ van de groep. Hij moet de equipe vanuit stilstand naar ruim boven de vijftig kilometer per uur trekken. Het doel is om met de ploeg voor een top 5-klassering te gaan. Van der Burg is positief. “Dat moet zeker tot de mogelijkheden behoren”, zei hij in interviews.

Jeffrey Hoogland

Jeffrey Hoogland

Discipline: sprint, teamsprint
Leeftijd: 23 jaar

Als Theo Bos de koning van de sprint was, dan is Jeffrey Hoogland de Nederlandse kroonprins. Zeker nadat hij bij de EK vorig jaar drie keer de overwinning binnensleepte was iedereen ervan overtuigd dat Hoogland het boegbeeld van de nieuwe Nederlandse generatie kan worden.

Maar er sloop twijfel in zijn optredens. Tijdens de WK in maart lag hij er in de derde ronde uit. Hij was vooral tactisch afgebluft door zijn ervaren tegenstanders. Zijn teleurstelling was zo groot, dat een half uur lang helemaal niemand in zijn buurt mocht komen.

Het tekent de sportman Hoogland op twee manieren. In zijn drang om te winnen gaat hij heel ver, maar hij moet ook leren omgaan met nieuwe uitdagingen. Rechtdoor naar de streep is niet meer genoeg. Als Hoogland dat beseft, liggen er in Rio meerdere kansen. En wat is er mooier dan in het tactische spel van de sprint iedereen overhoop te rijden?

Wim Stroetinga

Wim Stroetinga

Discipline: Ploegenachtervolging
Leeftijd: 31 jaar

Men kon Wim Stroetinga niet bozer krijgen, die ene dag in juni dit jaar, tijdens het Nederlands kampioenschap wielrennen op de Brouwersdam in Zeeland. Een unieke kans op de rood-wit-blauwe kampioenstrui werd de Nijkerker door een stommiteit door de neus geboord. Nederland kon middels de televisiebeelden meegenieten hoe Stroetinga zijn frustraties de loop liet.

In Rio is er kans op revanche, op de baan. Stroetinga, met zijn 31 jaar zeer ervaren, rijdt als tweede man in de ploegenachtervolging. Een van zijn vele specialiteiten, want wielerfans kennen hem ook van de zesdaagsen die hij met vaste maat Peter Schep talloze keren heeft gewonnen. Grote teleurstelling voor Stroetinga was dat de puntenkoers geen Olympisch onderdeel is, een van de favoriete onderdelen van de sprinter.

Badminton

Jacco Arends

Jacco Arends

Discipline:Gemengd dubbel
Leeftijd: 25 jaar

De derde plek tijdens de EK in mei bevestigde voor Jacco Arends wat hij al wist: dat het met de vorm wel goed zit. Arends speelde samen met Selena Piek, met wie hij ook op de Spelen dubbelt. Het tweetal is al samen sinds hun dertiende. Je kan dus wel zeggen dat het tweetal elkaar door en door kent. Een onmisbare factor voor succes, zeiden ze in een interview met Badminton Unlimited.

De 25-jarige Haarlemmer woont al jaren niet meer thuis. Op zijn vijftiende verhuisde hij naar topsportcentrum Papendal, om daar fulltime te trainen. Hij speelde competitie in Duitsland en vloog met Piek de hele wereld rond om genoeg punten te verdienen voor de wereldranglijst.

Na de Spelen gaat Arends terug de studiebanken in, om psychologie te studeren. Wat is dan mooier dat te doen met een goed olympisch resultaat op zak?

Selena Piek

Selena Piek

Discipline: Dubbel, Gemengd Dubbel
Leeftijd: 24 jaar

In een door Aziaten gedomineerd deelnemersveld is Selena Piek een opvallende verschijning met haar blonde haar. Begon ze als volslagen onbekende, inmiddels heeft ze het respect gewonnen. Ze is een geduchte tegenstandster op de route richting goud. Op de Spelen dubbelt ze twee keer. Met Muskens, en met Jacco Arends in het gemengd dubbel.

Lang en sterk zijn Piek en Muskens niet, zei de Blaricumse in Trouw. “Ik denk niet dat veel mensen super geïntimideerd zijn door onze fysieke verschijning. Daarentegen hebben we veel andere kwaliteiten. We zijn behendig, creatief en snel en we lezen het spelletje goed. Dus op die manier scoren wij onze punten.”

Op de Spelen is de concurrentie enorm, maar gek genoeg toch minder dan bij verschillende Super Series, zei Piek. Daar mogen namelijk per land meerdere teams meedoen, en bij de Spelen maar twee. Er liggen dus kansen.

Eefje Muskens

Eefje Muskens

Discipline: Dubbel
Leeftijd: 27 jaar

Voor een badmintonner is spelen in de Istora Senayan in Indonesië een van de hoogtepunten. Als je als Nederlander dan de halve finale haalt, in het hol van de leeuw, telt dat helemaal als een topprestatie. Eefje Muskens deed het in juni, samen met dubbelpartner Selena Piek.

Voor de ‘gekke Brabander’ Muskens, die als zesjarige begon met badminton, is het sowieso een goed jaar geweest, met ook een zilveren plek op de Europese Kampioenschappen in mei. Dat kwam mede door goede begeleiding. Op Papendal stond de hele badmintonselectie in dienst van Muskens en Piek, die inmiddels drie jaar samenspelen.

De weg naar Rio was er een met hobbels. Drie jaar geleden draaide NOC-NSF de geldkraan dicht, en in juni vorig jaar stopte een hoofdsponsor. Daardoor moest Muskens in Engeland én Duitsland competities spelen. Het prijzengeld vergoedde gelukkig genoeg, evenals de hernieuwde steun van de Nederlandse sportbond. Sinds februari hoeft het duo niet meer te panikeren om geld. In alle rust voorbereiden op Rio was het devies. Een topklassering moet er dan ook in zitten.

Beachvolleybal

Reinder Nummerdor & Christiaan Varenhorst

Reinder Nummerdor & Christiaan Varenhorst

Discipline: Beachvolleybal
Leeftijd: 39 jaar, 26 jaar
Lengte: 1.96 meter, 2.11 meter

Ze waren de smaakmakers van het WK beachvolleybal vorig jaar in Den Haag: Reinder Nummerdor en Christiaan Varenhorst bereikten de finale, die ze net aan verloren. Voor beide atleten was het zilver wel een bevestiging van wat ze al wisten: eenmaal in topvorm vormt de sportploeg van 2015 een bijna onverslaanbare tandem.

Nummerdor is de veteraan van het duo. Het wordt de vijfde keer dat hij meedoet aan de Spelen. Twee keer deed hij dat in de zaal, Rio wordt de derde keer als beachvolleyballer. Een medaille was hem tot nu toe niet gegeven.

Zijn carrière staat in schril contrast met die van Varenhorst. Voor hem is het de eerste keer dat hij op de Spelen voor Nederland uitkomt. Wat dat betreft heeft hij een goede aan Nummerdor, die ‘op elk moeilijk moment wel weet wat hij tegen me moet zeggen’. Dat is belangrijk, zeker nu Varenhorst vlak voor de Spelen met een keelontsteking kampte. Hopelijk trekt Nummerdor, zelf ook pas hersteld van een knieblessure, hem de olympische flow in.

Madelein Meppelink & Marleen van Iersel

Madelein Meppelink & Marleen van Iersel

Discipline: Beachvolleybal
Leeftijd: 26 jaar, 28 jaar
Lengte: 1.83 meter, 1.78 meter

Dat beachvolleybalduo’s niet voor eeuwig zijn, bewijzen Marleen van Iersel en Madelein Meppelink. Beide vrouwen deden ook mee met de Spelen in 2012, maar met andere speelpartners. Het was Meppelink die Van Iersel uiteindelijk vroeg een team te vormen, en met succes. Het tweetal staat inmiddels zesde op de wereldranglijst, ruim voldoende om naar Rio te mogen.

Meppelink kreeg al vroeg een volleybal in handen. Op vakantie naar Frankrijk gingen de netten en ballen altijd mee. Van Iersel moest eerst nog overtuigd worden dat handbal niets voor haar was. Nu is er aan zelfvertrouwen geen gebrek bij de twee atleten. Vorig jaar keken ze verbaasd op toen hun mannelijke collega’s bij het WK niet wilden toegeven dat ze favoriet waren.

Vlak voor Rio trainde het tweetal nog in een speciaal stadionnetje, dat speciaal voor hen werd aangelegd in een dorp vlakbij de Braziliaanse miljoenenstad. Tegen Bureau Sport zeiden ze dat daar Amerikaanse mannen hun sparringpartners vormen. Op die manier kon het duo op hoog niveau trainen.

Alexander Brouwer & Robert Meeuwsen

Alexander Brouwer & Robert Meeuwsen

Discipline: Beachvolleybal
Leeftijd: 26 jaar, 28 jaar
Lengte: 1.98 meter, 2.07 meter

Uit het niets werden Alexander Brouwer en Robert Meeuwsen drie jaar geleden wereldkampioen. Ok, een naolympisch jaar, maar desalniettemin een bijzondere prestatie. “Een flow naar goud”, noemden ze dat zelf. Alles klopte.

Het duo presteerde na dat WK zo goed, dat ze een tijdlang eerste stonden op de wereldranglijst. Groot was dan ook de teleurstelling toen bij het WK in eigen land (vorig jaar) het duo al in de tweede ronde werd uitgeschakeld. Inmiddels zijn ze een plekje gezakt, naar de tweede plek op de ranglijst.

Dit jaar werd er alleen maar gedacht over Rio. Trainen op Tenerife werd voor de #beachboys belangrijker dan het spelen van wedstrijden. Want op de Copacabana, een van de mooiste sportlocaties van de Spelen, moeten ‘Alihupa’ en ‘Tozztozz’, zoals de bijnamen van de twee luiden, het nu wel weer een keer afmaken, in een nieuwe ‘flow naar goud’.

Sophie van Gestel & Jantine van der Vlist

Sophie van Gestel & Jantine van der Vlist

Discipline: Beachvolleybal
Leeftijd: 25 jaar, 30 jaar
Lengte: 1.79 meter, 1,82 meter

Sophie van Gestel en Jantine van der Vlist hadden één kans om zich te plaatsen. Op de Continental Cup in Stavanger, in juni, moest het beachduo winnen om plaatsing voor de Spelen af te dwingen. In die ‘week van de waarheid’ moest het tweetal topvorm tonen, en dat gebeurde, in een zenuwslopende finale

Om zich te plaatsen voor Rio reisde het duo de hele wereld over. Zo werd onder andere een maand in Nieuw-Zeeland gebivakkeerd. Daar werd veel en hard getraind. Omdat ze wisten dat een plek bij de top 15 van de wereld heel moeilijk zou worden, werd gefocust op de Continental Cup. Daar spelen twee teams als land telkens tegen twee andere landenteams. De winnaar krijgt één ticket voor de Spelen.

Vooral voor Van Gestel is de plaatsing heel bijzonder. Drie jaar geleden had ze nog een punt achter haar carrière gezet, terwijl ze daarvoor nog met Madelein Meppelink op de Spelen van Londen had gestaan. Voor Van der Vlist is het de eerste keer dat ze de hectiek van de Spelen mee gaat maken. Medailles lijken buiten bereik, maar in een paar goede dagen kan veel gebeuren.

BMX

Twan van Gendt

Twan van Gendt

Discipline: BMX
Leeftijd: 24 jaar

De flamboyante Van Gendt doet voor de tweede keer mee aan de Spelen. Vier jaar geleden werd hij vijfde. Dat kan beter, vindt hij zelf ook. Dan moet hij niet zomaar de baan afrijden, zoals hij op de training weleens doet. Dan ‘vergeet’ hij weleens dat er na die baan een kleine vrije val van drie meter volgt.

Van Gendt is als geen ander bezig met zijn materiaal, vertellen de mensen om hem heen. Hij experimenteert ermee, wil er alles van weten. Waarom op 20 inch wielen rijden, als je ook met 22 inch kan rijden? Inmiddels is de keuze gemaakt: 20 inch wielen zijn toch net iets beter.

In Rio is de keuze duidelijk. Van Gendt gaat voor een medaille. “Hij heeft er zeker zicht op”, zegt bondscoach Bas de Bever. “Twan is een van de grootste durfals. Als hij een gaatje ziet, vliegt hij er zeker in.”

Niek Kimmann

Niek Kimmann

Discipline: BMX
Leeftijd: 20 jaar

Debutant Niek Kimmann maakt ‘volgens kenners’ de meeste kans op een Olympische medaille voor Nederland in het BMX. Na een heel seizoen waarin hij ‘door scherptegebrek’ geen finale haalde, stond de wereldkampioen van 2015 er de afgelopen maanden juist weer wel. Op de WK 2016 werd hij tweede, waarmee hij zich weer nadrukkelijk in de kijker racete.

De 20-jarige Kimmann begon bij zijn ouders achter de boerderij, waar hij en zijn broertje Jurjen een baan konden aanleggen. Inmiddels is de familie verhuisd, maar de baan ging mee: die ligt nu overdekt in een deel van een schuur die vader Kimmann niet gebruikt. “Een vriend van ons is handig met de graafmachine. Wij vertellen wat hij moet doen.”

De laatste twee maanden heeft hij zich niet beziggehouden met de thuisbaan. “Dat mag Jurjen doen. Voor mij ging alle energie in de voorbereiding. Een medaille is het doel.”

Laura Smulders

Laura Smulders

Discipline: BMX
Leeftijd: 22 jaar

Laura Smulders won in Londen misschien wel de minst verwachte Nederlandse medaille. Uit het niets veroverde de toen 18-jarige Nijmeegse het brons. In een klap was ze bekend, al had ze geen idee hoe ze daarmee om moest gaan. In het Holland Heineken Huis ‘zwaaide ze maar wat met haar armen’, zoals ze het zelf zei.

Nu, vier jaar later, heeft Smulders meer gewonnen, meer geracet en meer getraind. Die ervaring neemt ze mee naar Rio. “Ik durf wel te zeggen dat ik in de baan de snelste ben. Mijn start was vier jaar geleden prut, die is nu beter. Dat geeft wel vertrouwen.”

Op sportcentrum Papendal werd de Olympische baan grotendeels nagebouwd. Goed om te trainen, maar Smulders had ook wel behoefte aan afwisseling. Daarom trainde ze ook op haar ‘eigen’ baan, in Wijchen: “Het is stom te zeggen, maar het vrouwenparcours lijkt niet echt op Rio. Dus we hebben een uur of vier om de baan daar te verkennen. Daarom wilde ik liever op andere banen trainen. Anders stompt je aanpassingsvermogen ook af.”

Jelle van Gorkom

Jelle van Gorkom

Discipline: BMX
Leeftijd: 25 jaar

Vier jaar geleden lag Jelle van Gorkom in de kreukels. Een zware valpartij, waarbij hij in coma lag, twee sleutelbenen brak en een gekneusde long opliep, doorkruiste zijn voorbereiding. Ondanks alles behaalde hij de Spelen van Londen, maar daar plaatste hij zich niet voor de finale.

Nu, op zijn 25e, verliep de voorbereiding op Rio redelijk goed. Ok, hij kende weer wat blessures en hij miste wedstrijdritme, maar toch kwalificeerde hij zich relatief eenvoudig. Hij is een van de ‘oudjes’ van het team. Dat zegt hem helemaal niets. “Het klopt dat de jongeren ons wat inhalen, maar er zijn ook wereldkampioenen die 29 zijn. Het gaat erom hoe ik me voel, en dat is goed.”

In de baan van Rio ligt een moeilijke bult om overheen te springen, de opstap. Van Gorkom heeft daar in wedstrijden nog niet overheen gecrosst. “Maar ik ben er op training vaak genoeg overheen gegaan. Op Papendal hebben ze die heuvel nagebootst.” Papendal, waar Van Gorkom het startrecord in handen had. “Of ik boos ben dat mijn startrecord verbroken is? Nee, ik ruil alles in voor een olympische medaille.”

Merle van Benthem

Merle van Benthem

Discipline: BMX
Leeftijd: 23 jaar

Ziek was Merle van Benthem ervan, dat ze vier jaar geleden niet mee mocht naar Londen. Nu heeft ze zich op eigen kracht geplaatst. Ze is debutante, dus mag zonder druk gaan rijden. Een finaleplaats is een reëel doel, maar waarom niet dromen van meer. “Ook Merle heeft het in zich een medaille te halen”, aldus bondscoach Bas de Bever.

De 23-jarige Hengelose is niet de topfavoriet, maar haalde de laatste wedstrijden wel altijd de finale. Bij de WK in het Colombiaanse Medellin was ze zelfs de enige Nederlandse die de finale haalde. Ze werd er zesde. Mede door die race verzekerde ze zich van een plek in de Nederlandse BMX-equipe.

Van Benthem, die nummer 75 draagt, is een van de actiefste sporters op sociale media. Naast haar inkijkjes op en rond de BMX-baan, komen de kopjes koffie vaak voorbij. Volg haar dan ook voor de laatste updates uit het olympisch dorp.

Boksen

Nouchka Fontijn

Nouchka Fontijn

Discipline: -75 kilo
Leeftijd: 28 jaar

Actie, reactie. Uithalen, ontwijken. Als bokser Nouchka Fontijn de ring in stapt, vergeet ze alles om haar heen, vertelde ze in Trouw. Alles gaat op instinct.

En ze heeft succes. Ze is de nummer twee van de wereld. Het WK verloor ze in de finale, maar minder zelfverzekerd was ze daarna niet. “Op de Spelen pak ik haar (de Amerikaanse Claresa Shields, red.). Dat weet ik zeker.”

Fontijn, woonachtig in Schiedam, is afgestudeerd fysiotherapeut. Gelukkig heeft ze haar kennis nog niet zelf hoeven gebruiken, al zijn haar wenkbrauwen wel af en toe gescheurd geweest.

Eerst deed ze taekwondo, maar toen ze eenmaal de bokshandschoenen aantrok, was ze verkocht. Nu is ze, samen met Peter Müllenberg, het uithangbord van het Nederlandse boksen. Samen zorgen ze ervoor dat voor het eerst sinds 1992 Nederlanders weer met een chauvinistische blik naar de boksring kunnen kijken.

Peter Müllenberg

Peter Müllenberg

Discipline: -81 kilo
Leeftijd: 28 jaar

“Het is geen gelukje dat we nu weer meedoen. We horen bij de wereldtop en laten zien dat Nederland weer een boksland is.” Dat zei Peter Müllenberg op de dag dat hij zijn olympische ticket veilig stelde.

Voor het eerst sinds 1992 is Nederland er in de Olympische boksring weer bij op de Spelen. Dat Müllenberg de persoon is die die eer heeft, was vier jaar geleden bijna ondenkbaar. De bokser besloot te stoppen, maar een commandant bij de landmacht, waar Müllenberg destijds werkzaam was, weerhield hem daarvan.

Nu is Müllenberg de nummer vijf van de wereld in de klasse tot 81 kilogram. In Rio mag hij tot de medaillekandidaten worden gerekend. De kans bestaat dat hij, als amateurbokser (kom met die term overigens niet aanzetten bij de boksbond), op de Spelen tegen profboksers komen te staan. Dat is in zijn voordeel, verklaarde hij tegen verschillende media. “Professionele boksers bereiden maanden een gevecht voor. Wij zijn gewend aan drie korte rondes per dag.”

Enrico Lacruz

Enrico Lacruz

Discipline: -60 kilo
Leeftijd: 22 jaar

Tot ver in juni wist Enrico Lacruz niet zeker of hij naar Rio mocht. De Arnhemmer stond niet hoog op de wereldranglijst en voldeed niet aan de eisen van het NOC*NSF. Maar daar kwam eind juni verandering in. In Bakoe, Azerbeidzjan, won lichtgewicht Lacruz (-60 kilo) het olympisch kwalificatietoernooi.

Ticket in de broekzak? Nee, nog steeds niet. De ranking van Lacruz leek nog steeds niet hoog genoeg. Maar de Nederlandse sportkoepel ging uiteindelijk overstag: Lacruz mocht naar Rio.

Voor de 22-jarige Lacruz, die veelal in Duitsland bokst, wordt Rio een leerschool. Maar dat hij kan winnen in een kwalificatietoernooi, zegt iets over zijn kwaliteiten. Wie weet kan hij verrassen in een sport waarin Nederland met Peter Müllenberg en Nouchka Fontijn al goed vertegenwoordigd is.

Boogschieten

Sjef van den Berg

Sjef van den Berg

Discipline: Recurve, Landenwedstrijd
Leeftijd: 21 jaar

Met een derde plek op de wereldranglijst zijn alle ogen in Rio gericht op boogschieter Sjef van den Berg. En met recht. Hij won dit jaar de wereldbeker in China en wist het Nederlands puntenrecord uit de boeken te schieten. Kansen genoeg dus om in Rio voor een medaille te gaan.

Dan moet hij wel zorgen dat hij niet te boos wordt. Van den Berg stond voorheen nog weleens bekend als driftkikker, vertelde hij in het blad Helden. In vroeger tijden smeet hij zijn boog af en toe op de grond, of brak met zijn been pijlen doormidden. Dat lost hij inmiddels op door elke dag een kwartier te mediteren. “Het brengt me nu vooral innerlijke rust.”

Leuk feitje: Van den Berg wordt op zijn reizen over de wereld altijd begeleid door Scout, zijn knuffelbeertje. Een cadeautje van zijn vriendin, vertelde hij op Instagram. “Op deze manier denk ik altijd een beetje aan haar.”

Rick van der Ven

Rick van der Ven

Discipline: Recurve, Landenwedstrijd
Leeftijd: 25 jaar

Laat u zich niet afleiden door het stoïcijnse gezicht van Rick van der Ven. De 25-jarige Ossenaar is zo nuchter dat er amper een glimlach af kan. Maar dat moet ook, om tot de top van het internationale boogschieten te behoren.

Het moet in Rio beter dan in Londen, verklaarde Van der Ven deze zomer. Destijds werd hij vierde, op één pijl van het brons. Die wedstrijd toen, live uitgezonden door de NOS, was een ware nagelbijter. De Ossenaar verloor in een shoot-off, na een zenuwslopende wedstrijd. Heel lang zat hij daar toen niet mee. Een half uur, hooguit. Hij had toch de beste wedstrijd van zijn leven geschoten? Daar wilde hij veel liever over nadenken.

Als nummer 5 van de wereldranglijst ligt er in Rio redelijk wat druk op zijn schouder, maar dat maakt Van der Ven niet uit. “Schieten is overal hetzelfde.” Hij krijgt bovendien twee kansen. Een individueel, een met het landenteam.

Mitch Dielemans

Mitch Dielemans

Discipline: Recurve, Landenwedstrijd
Leeftijd: 23 jaar

Als negenjarig jongen kreeg Mitch Dielemans voor het eerst een boog in handen. In Frankrijk, op vakantie. Daarna was hij verkocht.

Dielemans groeide op in Geldrop, maar woont inmiddels al een aantal jaar op Papendal. Daar heeft hij de kans zich volledig op zijn sport te concentreren. Schieten, schieten, schieten. Hij miste Londen, maar zijn eigenlijke doel was toch al Rio, waar hij nu staat.

In de rangorde lijkt Dielemans de derde schutter, na Rick van der Ven en Sjef van den Berg. Maar, Dielemans weet ook dat het verschil tussen een negen en een tien miniem is. Juist die ene millimeter kan het verschil maken op het Sambódromo, de paradeplaats midden in Rio waar normaal gesproken carnaval wordt gevierd.

Dielemans werd verkozen boven Mick de Bakker. “Mitch vult het team aan met zijn positieve uitstraling, stabiele mentaliteit en zijn organisatietalent”, zei bondscoach Ron van der Hoff. “Sjef, Rick en Mitch vormen samen het beste team om goud te winnen.”

Golf

Joost Luiten

Joost Luiten

Discipline: Golf
Leeftijd: 30 jaar

Als er een sport was die vooraf werd geteisterd door afzeggingen, dan was het golf. De top 4 van de wereld laat de olympische wedstrijd liggen, uit angst voor het Zika-virus. Dat biedt kansen voor Joost Luiten, die er wel zeker bij is in Rio, in een discipline die voor het eerst sinds 1904 weer olympisch is.

Luiten, die vroeger ook aan schansspringen deed maar daar na een harde val mee stopte, gaat vooral genieten van de beleving om de wedstrijd heen, zo liet hij weten in verschillende media. “Golf blijft golf, maar het is interessant een publiek te bereiken dat geïnteresseerd is juist omdat het olympisch is”, zei hij tegen de NOS.

De Bleiswijker kent tot op heden een prima jaar, met diverse top 10-noteringen. Het Brits Open van half juli, een van de belangrijkste toernooien op de Europese Tour, eindigde echter in een deceptie. Na twee van de vier rondes kon hij zijn tas pakken: hij miste de cut. Bij de Spelen laat hij dat niet gebeuren. “Voor mij is dit een van de toernooien waar ik het meest naar heb uitgekeken.”

Handbal

Handbalvrouwen

Handbalvrouwen

De Nederlandse handbalvrouwen doen voor het eerst mee aan de Olympische Spelen. Door de tweede plaats op het WK in Herning en een geslaagd kwalificatietoernooi in Metz bemachtigde de formatie van bondscoach Henk Groener het olympisch ticket. Ondanks de status van debutant geldt Nederland als een serieuze medaillekandidaat in Rio.

Het WK, waar Oranje alleen Noorwegen voor zich moest dulden, was sterker bezet dan het olympisch handbaltoernooi. De Nederlandse speelsters staan, op één na, allemaal onder contract bij sterke buitenlandse ploegen. Alleen Michelle Goos speelt bij VOC in Amsterdam.

Grote ster van het team is Nycke Groot, die in Hongarije actief is bij Győri ETO KC. De 28-jarige Noord-Hollandse opbouwspeelster eindigde als derde in de verkiezing van beste handbalster van de wereld in 2015. Nederland is in Rio ingedeeld in de poule met Frankrijk, Argentinië, Zuid-Korea, Zweden en Rusland. De eerste wedstrijd is op zaterdag 6 augustus tegen Frankrijk.

Hockey

Hockeymannen

Hockeymannen

Met de Europese titel van vorig jaar veroverden de Nederlandse hockeyers na acht jaar eindelijk weer een grote prijs. In de finale in Londen werd gewonnen van Duitsland, dat Nederland vier jaar geleden tijdens de Spelen in de Britse hoofdstad van de hoogste plek op het erepodium afhield. Met Max Caldas als bondscoach gaat Oranje in Rio voor het hoogst haalbare: goud.

Opvallende naam in de selectie van zestien spelers is die van Jorrit Croon, de pas zeventienjarige speler van HGC. Heel speciaal voor hem is dat hij 9 augustus zijn achttiende verjaardag viert, op de dag dat Nederland in actie komt tegen Canada. Naast Canada zijn Argentinië, Duitsland, Ierland en India de tegenstanders van Oranje, dat de olympische campagne op zaterdag 6 augustus begint tegen Argentinië. In de aanloop naar zijn derde en laatste Spelen werd aanvoerder Robert van der Horst van Oranje Zwart tot beste hockeyer van 2015 gekozen.

Hockeyvrouwen

Hockeyvrouwen

De Nederlandse hockeysters gaan in Rio voor een unieke trilogie. De ploeg van bondscoach Alyson Annan hoopt in het Deodoro Olympic Park het goud van Peking (2008) en Londen (2010) te prolongeren.

Maar is Nederland nog wel zo onaantastbaar als in het verleden? In de aanloop naar de Spelen in Rio verloor Oranje in 2015 in de EK-finale van Engeland. In de eindstrijd van de Champions Trophy ging Nederland onderuit tegen Argentinië. En het was vorig jaar bijzonder onrustig rond de nationale ploeg. Sjoerd Marijne, de onervaren opvolger van Max Caldas, moest al snel wijken. Zijn positie werd ingenomen door Alyson Annan.

In de selectie zitten vijf speelsters die voor de derde maal op rij goud kunnen winnen: Naomi van As, Eva de Goede, Ellen Hoog, Maartje Paumen en Lidewij Welten. In de poule treft Nederland Spanje, China, Duitsland, Zuid-Korea en Nieuw-Zeeland. Eerste tegenstander is Spanje, op zondag 7 augustus.

Judo

Anicka van Emden

Anicka van Emden

Discipline: -63 kilo
Leeftijd: 29 jaar

Anicka van Emden had de laatste jaren zo mee kunnen doen in een soap. Vier jaar geleden werd een olympisch debuut haar door de neus geboord omdat de judobond de voorkeur gaf aan de oudere Elisabeth Willeboordse, vorig jaar maakte ze zelf een blunder waardoor ze een dopingcontrole miste. Dat werd uiteindelijk afgedaan als een misverstand, maar het kostte twee maanden aan kostbare trainingstijd én een mogelijke afvaardiging voor Rio.

Zo ver kwam het niet, en Van Emden (29) maakt in Rio haar debuut op de Spelen. De ‘bronzen’ Van Emden (niemand behaalde zo veel derde plaatsen als zij) behoort in de klasse tot 63 kilo tot de top van de wereld.

Tijdens het EK afgelopen april in Kazan werd ze (hoe kon het ook anders) derde, een plek die ze bij de Masters in Mexico opnieuw in de wacht sleepte. Dat leverde haar zoveel punten op voor de wereldranglijst, dat ze een goede loting kreeg in Rio. Dat leverde resultaat op. Na meerdere goede partijen eindigde ze met brons in haar handen. Ze noemde het de mooiste derde plek uit haar carrière.

Tessie Savelkouls

Tessie Savelkouls

Discipline: +78 kilo
Leeftijd: 24 jaar

Het olympisch jaar verliep voor Tessie Savelkouls bepaald niet gladjes. Begin dit jaar was er discussie over haar trainer, Mark Earle, die op non-actief werd gesteld. Daardoor moest Savelkouls, de judoka die meedoet in de categorie boven de 78 kilo, verschillende wedstrijden judoën zonder coach aan de kant.

Heel tevreden was Savelkouls, geboren in Appeltern, daar niet mee. Ze moest vanuit Nijmegen naar Eindhoven en Heerenveen reizen, iets wat zeker niet eenvoudig was. Toch wist ze haar resultaten stabiel te houden. Bij de Masters in Mexico werd ze zevende, haar laatste resultaat voor Rio. Daar maakt ze haar debuut, een medaille wordt niet meteen verwacht.

Noem Savelkouls overigens geen ‘zwaargewicht’. Aan die term heeft ze een hekel, omdat het doet voorkomen dat ze dik is. Er zijn veel zwaardere vrouwen waar ze tegen moet judoën, zegt ze altijd maar.

Marhinde Verkerk

Marhinde Verkerk

Discipline: -78 kilo
Leeftijd: 30 jaar

Ze staat zesde op de wereldranglijst, won vorig jaar de EK en werd in augustus derde op de WK. Goede resultaten, die Marhinde Verkerk op zeker naar Rio leken te sturen. Maar daar was ook Guusje Steenhuis, die zo goed judode dat ze inmiddels derde staat op de wereldranglijst. Wie zou de voorkeur krijgen van de bond?

Het werd Verkerk, besloot de bond in februari. Toch opvallend, want Steenhuis leek lange tijd de betere van de twee. Maar Verkerk was ervaren en meer gelauwerd. Bovendien stond ze er op de grote toernooien. Daarom mag Verkerk zich voor de tweede keer bewijzen. In Londen mocht ze op voor brons, maar verloor. Dat moet deze keer beter, hield ze zich voor.

Op 11 augustus mag Verkerk de mat op. Aan die datum denkt ze al ruim een jaar elke dag. Ze hoopt op een flow, schreef ze, op de manier waarop ze in 2009 wereldkampioen werd. “Dan kan alles.”

Henk Grol

Henk Grol

Discipline: -100 kilo
Leeftijd: 31 jaar

Henk Grol is een oermens. Als hij op kracht kan trainen, doet hij het. Het leverde Henk Grol in zijn carrière twee olympische medailles op. In Peking en Londen werd hij derde. Dat moét deze Spelen beter.

Want ook dat tekent Grol: hij loopt over van zelfvertrouwen. Als het even minder gaat, dan wint hij weer (bijvoorbeeld bij de EK dit jaar) en is alles goed. De laatste maanden deed hij niet mee met grote internationale toernooien. Het kan hem een slechte loting opleveren, omdat hij minder punten verzamelde voor de ranglijst en daardoor tegen een hoger geplaatste tegenstander kan komen te staan. Het maakt Grol niets uit. “Als ik meteen tegen de nummer 1 sta, dan ligt hij er alvast uit in de eerste ronde.”

Het niet spelen van grote wedstrijden betekent ook dat Grol zonder blessure aan Rio kan beginnen. Een opluchting, want ook het krachtmens gaat kapot. En vaak ook. Maar een fitte Grol kan de hele wereld aan. “Ze zeiden dat ik al was afgeschreven, maar ik ben elk toernooi goed.”

Jeroen Mooren

Jeroen Mooren

Discipline: -60 kilo
Leeftijd: 31 jaar

Als iemand vier jaar geleden bij de Olympische Spelen van Londen baalde van zijn prestatie, dan was het judoka Jeroen Mooren. Zonder echt actief te judoën verloor hij in de eerste ronde, nadat de scheidsrechters zijn Israëlische tegenstanders op punten de betere vonden.

Die teleurstelling maakte dat Mooren doorging tot Rio en zijn studie geneeskunde op de lange termijn schoof. Wel bleef hij in Nijmegen wonen, omdat hij daar nu eenmaal studeerde. Dat maakte de tripjes naar Haarlem, waar hij ook trainde, een stuk langer.

Dit jaar is het studiesucces al binnen voor Mooren. Op 28 juni legde hij de eed af. Er staat dus een basisarts op de Olympische judomat. Als lichte judoka, Mooren komt uit in de categorie onder de zestig kilo, mag de Nijmegenaar meteen op de eerste wedstrijddag in Rio de tatami op. Dat klinkt toch goed, medaillekansen op dag 1.

Frank de Wit

Frank de Wit

Discipline: -81 kilo
Leeftijd: 20 jaar

De jongste mannelijke judoka op de Spelen voor Nederland ooit. Die prijs heeft de twintigjarige Frank de Wit alvast binnen. Als benjamin van de groep krijgt hij veel advies van de routiniers Grol en Elmont. Daar leerde hij in de voorbereiding veel van, zei hij in Helden.

Want af en toe is De Wit nog iets te onervaren. Bij de WK van vorig jaar volgde hij niet het tactische plan, omdat hij iets te gedreven was. Het kwam hem op een donderspeech van zijn coach te staan.

De Wit is ook de man van de rituelen, zei moeder Desiree tegen TYM. Hij heeft een lijstje in zijn telefoon dat hij tot op de letter volgt. Een van de belangrijkste rituelen:  voor een toernooi gaat hij naar de kapper.

De carrière van De Wit schiet als een komeet omhoog. Drie jaar geleden stond hij namelijk nog op het EK kadetten. Nu in Rio, waar het vooral een leerschool voor hem wordt. Maar wellicht zorgt hij in de olympische ambiance voor een enorme stunt.

Kim Polling

Kim Polling

Discipline: -70 kilo
Leeftijd: 25 jaar

Met haar eerste plaats op de wereldranglijst lijkt Kim Polling nog altijd de grootste Nederlandse judotroef voor Rio. Maar de magie was een tijdje verdwenen. De talrijke successen van twee jaar geleden, toen ze alle tegenstandsters eenvoudig tegen de mat werkte, werden spaarzamer.

Blessures en een angststoornis wierpen haar in die tijd terug. Met een psycholoog kwam ze haar dip te boven. Nu gaat het veel beter met de Groningse krachtpatser. Polling is nog altijd de favoriet voor goud in Rio. In mei won ze de Masters, vooral psychologisch een belangrijke zege. Dat deed ze ouderwets. Met overmacht. “Nu sta ik nog steeds nummer 1 op de kwalificatielijst, dus voor mij is er geen vuiltje aan de lucht”, schreef ze op Facebook. Het is hopen dat ze haar spoken tijdens de Spelen echt achter zich heeft gelaten.

Sanne Verhagen

Sanne Verhagen

Discipline: -57 kilo
Leeftijd: 23 jaar

Tien maanden geleden scheurde Sanne Verhagen de hamstring van haar linkerbeen. Volgens de dokters zou het herstel een jaar duren, dus tot na de Olympische Spelen. Maar de medische vooruitgang redde haar: binnen vijf maanden stond ze weer op de tatami.

De 23-jarige Bestse had door haar blessure wel minder tijd om zich voor te bereiden. Dat ze toch haar debuut op de Spelen mag maken, komt omdat ze op de continentale ranglijst wel hoog genoeg stond, dankzij haar WK-brons in 2014.

Om die plek te behouden, moest Verhagen begin dit jaar toernooi na toernooi spelen om genoeg punten te verzamelen. Soms vloog ze naar Mexico, om daar na één ronde alweer naar huis te kunnen. Het is voor haar niet te hopen dat die toernooien (en het pendelen tussen Eindhoven en Heerenveen voor trainingen) haar fitheid hebben verminderd. Want als Verhagen een ding niet wil, is het na zo’n revalidatie in ronde 1 verliezen.

Dex Elmont

Dex Elmont

Discipline: -73 kilo
Leeftijd: 32 jaar

Met zijn 32 jaar is Dex Elmont de routinier bij de Nederlandse mannenjudoploeg. Hij ‘gooit al sinds 1988 mensen’, zoals in zijn Twitterbio staat en gaat op voor zijn derde Olympische Spelen. In een van de moeilijkste gewichtsklassen: die tot 73 kilo.

In zijn carrière grossierde Elmont in medailles, maar die ene gouden ontbrak nog. Tot de EK van twee jaar geleden. Daar liet hij zien dat leeftijd geen belemmering hoeft te zijn voor het bedrijven van topsport. Ook opvallend was dat hij zijn triomf behaalde zonder al te goede voorbereiding. De maanden daarvoor was hij geblesseerd geraakt.

Als het telkens een stapje beter gaat, moet Elmont (twee jaar geleden nog de ‘leukste Nederlandse twitteraar’) op het podium eindigen. In Peking verloor hij in de tweede ronde, vier jaar geleden miste hij in Londen net het brons. Op zijn zwarte band staat in gouden letters in ieder geval al Dex. Een voorbode?

Roy Meyer

Roy Meyer

Discipline: +100 kilo
Leeftijd: 25 jaar

Roy Meyer is een rare, dat geeft hij zelf meteen toe. Hij zoekt naar manieren om zichzelf scherp te houden. Zo volgde hij in zijn voorbereiding een training van ‘Iceman’ Wim Hof. Hij liep in zijn onderbroek een berg in Polen op, bij -20 graden. Ook verdiepte hij zich in religie. Door God heeft hij meer kracht en vertrouwen gekregen, staat te lezen op zijn website.

En dan dansen! Meyer, wiens vader van de Antillen komt, doet het graag en maakte zelfs zijn opwachting in het televisieprogramma Everybody Dance Now, waar zijn vriendin (hiphopdanseres red.) auditie deed. Een overwinningsdansje mag dan ook verwacht worden, als Meyer in de klasse boven de honderd kilo op het podium in Rio eindigt.

Dan wacht wel een grote uitdaging. De Franse judoka Teddy Riner is al ruim zes jaar ongeslagen in de klasse van Meyer. Maar, weet ook Meyer, in topsport kan alles.

Noël van 't End

Noël van 't End

Discipline: -90 kilo
Leeftijd: 25 jaar

Quizvraag: wie is Clark Kent? Het antwoord is een man met een grote bril, die soms ook Superman speelt. Precies om die reden wordt Noël van ’t End ook wel Clark Kent genoemd. Buiten de mat een aardige jongen mét bril, op het veld een superman.

Van ’t End kende de afgelopen jaren veel blessureleed, maar kwam dit jaar langzaam in vorm. Toch moest hij het EK in april aan zich voorbij laten gaan wegens een hamstringblessure. Zijn andere resultaten waren goed: hij speelde zeven partijen in zijn klasse tot negentig kilo, en won er zes.

In Rio maakt Van ’t End zijn debuut, iets wat voor hem al goed is voor een geslaagd toernooi. “Nu al voel ik me gezegend daarmee”, liet de Haarlemmer, die overigens ook van koken houdt, zich in verschillende media ontvallen.

Mountainbike

Rudi van Houts

Rudi van Houts

Discipline: Mountainbiken
Leeftijd: 32 jaar

Hoewel hij niet opvalt, is Rudi van Houts al acht jaar een vaste waarde in de Nederlandse equipe voor de Spelen. De mountainbiker was er in Peking en Londen al bij, maar kon nooit overtuigen. Dit jaar is een plaats in de top tien de doelstelling, een plek die hij bij de testwedstrijd in Rio vorig jaar ook behaalde.

Het olympisch jaar ging Van Houts in onder de vleugels van Bart Brentjes, de laatste winnaar van een Nederlandse medaille in het mountainbiken. Samen met Brentjes trainde Van Houts om nog beter te zijn op de stenen, boomstronken en zandheuvels in Rio. Voor de klammende hitte was hij niet bang. Daar is hij goed in, liet hij vooraf weten.

Hoe specialistisch de sport van Van Houts is, bewees de queeste van veldrijder Mathieu van der Poel. Die probeerde in april ook op de mountainbike Rio te halen, maar moest erkennen dat de sport te moeilijk was voor hem. Daarom is Van Houts de enige mannelijke Nederlandse mountainbiketroef, zoals hij dat al bijna zijn hele leven is.

Anne Terpstra

Anne Terpstra

Discipline: Mountainbiken
Leeftijd: 25 jaar

Het Russische dopingschandaal heeft in ieder geval voor één Nederlandse sporter succes gebracht. Anne Terpstra, de Nederlands kampioene mountainbike, kreeg een week voor de start van Rio te horen dat ze toch naar de Spelen mocht. De reden: een Russische atlete was uitgesloten.

Jarenlang trainde Terpstra, vier keer Nederlands kampioen, om erbij te horen in Rio. Maar in het sterke veld kwam ze telkens net niet ver genoeg. Elfde op het EK in mei werd ze, terwijl een plaats bij de beste tien voldeed.

Maar zie daar: de Russin Jekaterina Anosjina werd betrapt op doping. En dus schoof Terpstra een plekje op. Ze mocht naar Rio.

Daarna barstte de renster in huilen uit, vertelde ze tegen de NOS. Nu is het te hopen dat ze die ontlading mee kan nemen naar haar race. Het parcours is voor haar een mysterie, dat heeft ze nog nooit gezien. Maar bij Terpstra is het adagium: hoe relaxter, hoe beter.

Paardrijden

Jeroen Dubbeldam

Jeroen Dubbeldam

Discipline: Springen
Leeftijd: 43 jaar
Paard: Zenith SFN

Jeroen Dubbeldam is de enige Nederlandse springruiter die zich olympisch kampioen mag noemen. In 2000 veroverde hij goud met De Sjiem in Sydney. Het is voor het eerst dat hij sinds dat succes terugkeert op de Spelen. Een jaar na zijn olympische triomf schreef Dubbeldam met deze legendarische schimmel de Grote Prijs van Aken op zijn naam.

De Twentse springruiter is ook de enige Nederlandse wereldkampioen. In 2014 veroverde hij met Zenith SFN in het Franse Caen de individuele gouden medaille en won hij ook goud met het team. Een jaar later werd Dubbeldam met Zenith SFN zowel met het team als individueel Europees kampioen. De goede prestaties uit de voorbije jaren, individueel en met het team, vormen voor Dubbeldam geen garantie voor succes in Rio. “Onze verwachtingen zijn hoog, maar dan kun je diep vallen.” Dubbeldams paard, Zenith SFN, is een twaalfjarige ruin. De 43-jarige Dubbeldam runt in Weerselo de springstal ‘De Sjiem’.

Maikel van der Vleuten

Maikel van der Vleuten

Discipline: Team springen
Leeftijd: 28 jaar
Paard: VDL Groep Verdi TN NOP

Het springtalent heeft Maikel van der Vleuten niet van een vreemde. Vader Eric was één van de meest gelouterde springruiters van Nederland. In 2011 en 2013 namen vader en zoon deel aan de EK’s in Madrid en Herning. In het jaar tussen beide Europese kampioenschappen beleefde de 28-jarige Maikel zijn sportieve hoogtepunt. Met het team veroverde de springruiter uit Someren de olympische zilveren medaille op de Spelen van Londen.

Van der Vleuten rijdt al zes jaar op VDL Groep Verdi TN NOP, een veertienjarige hengst, die hij in 2010 van zijn vader overnam. Ruiter en paard vormen een echte twee-eenheid. Van der Vleuten heeft altijd gezegd dat hij zonder Verdi nooit de topruiter zou zijn geworden die hij nu is. Hij omschrijft Verdi als een eerlijk paard dat nooit onverwachte dingen doet. In tegenstelling tot Maikel haalde vader Eric nooit de Olympische Spelen. Samen runnen zij een stal in Someren.

Adelinde Cornelissen

Adelinde Cornelissen

Discipline: Dressuur
Leeftijd: 36 jaar
Paard: Jericho Parzival

Adelinde Cornelissen en Jericho Parzival zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. De 36-jarige amazone uit Nijkerk en de 19-jarige ruin werken al ruim een decennium met elkaar. Tijdens de Spelen van 2012 in Londen behaalde het koppel de zilveren medaille. Wim Ernes, bondscoach van de dressuurploeg, zag daarna geen toekomst meer in de combinatie.

Parzival moest plaats maken voor de jongere generatie. De Spelen van Rio leken verder weg dan ooit, maar Cornelissen twijfelde nooit aan haar trouwe oudgediende. Na hard werken werd het paard weer fit en gloorde er hoop. Johan Rockx, de vervanger van de zieke Ernes, zag wel potentie in de combinatie.

Op de CHIO in Rotterdam bewees Cornelissen op Parzival dat ze helemaal terug waren. Op de NK in Ermelo pakte Cornelissen met de derde plek in het eindklassement een ticket naar Rio. Daar krijgt Parzival zijn gedroomde afscheid. Paarden zijn vanaf twintig jaar bejaard en moeten dan met pensioen.

Hans Peter Minderhoud

Hans Peter Minderhoud

Discipline: Dressuur
Leeftijd: 42 jaar
Paard: Glock’s Johnson

De in het Zeeuwse Westkapelle geboren Hans Peter Minderhoud is een vaste waarde in het Nederlandse dressuurteam. Na het Olympisch zilver van Peking (2008) maakte hij indruk op het EK van 2015 in Aken. Met de ploeg pakte hij, in het zadel van Glock’s Johnson, goud in de landenwedstrijd en individueel greep hij brons in de Grand Prix Special. Met Flirt haalde hij in Stockholm, Londen, Amsterdam en Den Bosch een hoog niveau.

Het absolute hoogtepunt vormde dit jaar de overwinning in de wereldbekerfinale in Gothenburg. Het was de tweede wereldbeker in huize Minderhoud-Gal. Zijn levenspartner Edward Gal won de wereldbeker in 2010 met Totilas.

Dat het ook mis kan gaan, liet Minderhoud zien tijdens de laatste editie van het CHIO in Rotterdam. Aan het einde van zijn Grand Prix Special stuurde hij Glock’s Johnson, een veertienjarige hengst, de verkeerde kant op. “Het arme dier had een amateur op zijn rug”, zei de in Oosterbeek woonachtige Minderhoud.

Merel Blom

Merel Blom

Discipline: Eventing
Leeftijd: 29 jaar
Paard: Rumour Has It NOP

Merel Blom, geboren in Aalten, is een ervaren amazone, die Nederland al op vele kampioenschappen heeft vertegenwoordigd. Met als hoogtepunt een bronzen teammedaille op de Wereldkampioenschappen van 2014 in het Franse Caen met Rumour Has It NOP.

Met deze teamprestatie kwalificeerde Nederlandse zich rechtstreeks voor de Olympische Spelen van Rio. In 2012 werd Blom (29) voor twee maanden geschorst na een gele kaart tijdens de cross country in het Italiaanse Vairano. De schorsing werd later opgeheven, maar door alle beslommeringen eromheen miste Blom de Spelen van Londen. Blom vond destijds dat ze niet voldoende gesteund werd door de bond, maar die periode is nu afgesloten.

Voor Rio kon bondscoach Martin Lips niet om haar heen. Niet alleen vanwege de vorm van de amazone, maar ook omdat er amper genoeg goede combinaties zijn om het team rond te krijgen. Blom heeft het paardrijden altijd gecombineerd met een studie rechten aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam.

Alice Naber-Lozeman

Alice Naber-Lozeman

Discipline: Eventing
Leeftijd: 45 jaar
Paard: ACSI Peter Parker

Dat Alice Naber-Lozeman in de eventingsport terecht kwam was geen verrassing. Zowel haar vader Gerrit Lozeman (1969), haar broer Henk Jan (2005) als ook haar echtgenoot Gert Naber (2001) werden gehuldigd als Nederlands kampioen. Zelf behaalde de 45-jarige ruiter uit Biddinghuizen zevenmaal de nationale titel.

Naber maakt in Rio haar olympisch debuut met ACSI Peter Parker, de veertienjarige ruin met wie ze de afgelopen vier jaar op rij Nederlands kampioen werd. De amazone uit Flevoland maakte in 1992 al kans om naar de Spelen van Barcelona te gaan, maar toen brak ze een been. Later werd haar paard Watermill Dream verkocht. Het dier deed vier jaar later in Atlanta mee en werd het jaar erna Europees kampioen. Maar niet met Naber in het zadel, maar met de Duitse Bettina Hoy. In 2012 was Naber ook al dichtbij deelname aan de Olympische Spelen in Londen, maar toen raakte haar paard geblesseerd. Nu is het dan eindelijk zover.

Harrie Smolders

Harrie Smolders

Discipline: Springen
Leeftijd: 36 jaar
Paard: Emerald NOP
Harrie Smolders maakt op de Spelen van Rio zijn olympische debuut. De springruiter uit Lage Mierde is de verrassing in de equipe van bondscoach Rob Ehrens. Smolders maakte geen deel uit van de ‘Vier van Caen’, die in 2014 in Caen wereldkampioen werden en een jaar later ook de Europese titel pakten.

Smolders kreeg van Ehrens de voorkeur boven ‘vaste keus’ Gerco Schröder, wiens paard London met langdurige fysieke problemen kampte. De 36-jarige Smolders hoopt dat hij met Emerald NOP, een twaalfjarige hengst, een aandeel kan hebben in de olympische ambities van de ruiterploeg. De vorige drie Spelen was de Brabander ook van de partij, maar dan als begeleider van buitenlandse ruiters van wie hij de trainer was.

Gezien de recente prestaties van Smolders, kon bondscoach Ehrens niet om hem heen. Met Emerald NOP werd hij derde bij de Grote Prijs in Rotterdam. Eerder dit jaar was hij tweede bij de wereldbekerfinale in Gothenburg en in oktober vorig jaar zegevierde hij in de wereldbekerwedstrijd in Washington.

Jur Vrieling

Jur Vrieling

Discipline: Springen
Leeftijd: 47 jaar
Paard: VDL Zirocco Blue NOP

Gestimuleerd door zijn vader, die bij de bereden politie in Groningen zat, reed Jur Vrieling op zijn dertiende voor het eerst de wedstrijdring binnen. Inmiddels heeft de Groningse springruiter voor Nederland ruim zestig landenwedstrijden gereden, waarvan de eerste keer in 1996.

Vrieling werd geboren in Slochteren en heeft nu zijn eigen stal in Holwierde, op een kleine afstand van de Waddenzee. Zijn grootste succes behaalde hij vier jaar geleden als lid van de olympische springequipe die in Londen zilver veroverde. Hij deed dat op de rug van VDL Bubalu, de hengst die in 2015 afscheid nam van de sport. In datzelfde jaar maakte Vrieling wederom deel uit van het team in Aken Europees goud won.

Met zijn nieuwe troef, de twaalfjarige hengst VDL Zirocco Blue NOP eindigde hij individueel op de vijfde plaats, met slechts één gevallen balk in alle onderdelen. Dit jaar leverde Vrieling met de schimmel met twee foutloze rondes een waardevolle bijdrage aan de teamzege in de Nations Cup van het CHIO Rotterdam. Met zijn 47 jaar is Vrieling de oudste Nederlander op de Spelen.

Edward Gal

Edward Gal

Discipline: Dressuur
Leeftijd: 46 jaar
Paard: Glock’s Voice

Edward Gal, 46 jaar geleden geboren in Dieren, maakte in 2010 met Totilas furore op de WK in Kentucky. De combinatie won twee gouden individuele medailles en leverde een belangrijke bijdrage aan de gouden teammedaille, die voor het eerst door een Nederlands dressuurteam op een WK werd gewonnen.

Door de verkoop van Moorland’s Totilas moest Edward in sportief opzicht een stapje terug doen. Maar met zijn nieuwe toppaard Glock’s Undercover maakte Gal deel uit van de equipe die op de Olympische Spelen in London brons veroverde. 

In Rio moet Gal het zonder Undercover doen. Door de wedstrijdspanning bij ‘Fritsie’, zoals Gal Undercover doorgaans noemt, selecteerde bondscoach Johan Rockx hem niet. Op de EK van vorig jaar raakte de gevoelige Undercover zo in de stress bij de teamhuldiging, dat hij tijdens de daaropvolgende kür op zijn lip beet, met diskwalificatie tot gevolg. Gal rijdt nu in Rio op Glock’s Voice, de twaalfjarige hengst die net fit is na een beenblessure van een aantal maanden.

Diederik van Silfhout

Diederik van Silfhout

Discipline: Dressuur
Leeftijd: 28 jaar
Paard: Arlando NOP

Twee maanden voor de Spelen van Rio had dressuurruiter Diederik van Silfhout plots niet langer de beschikking over de tienjarige Bonzanjo. De vos werd verkocht aan een Duitse eigenaar. Van Silfhout werd met Bonzanjo in 2015 onder meer indoorkampioen in de Grand Prix. Het paard was, naast Arlando NOP, het tweede paard waarmee de 28-jarige ruiter uit Lunteren wedstrijden op het hoogste niveau reed.

De verhuizing van Boznanjo naar Duitsland kwam op een ongelegen moment. De combinatie stond op de longlist voor Rio. Vanwege de verkoop moest Van Silfhout zich afmelden voor de Grand Prix op het CHIO in Rotterdam. Met zijn andere paard, Arlando NOP, werd Van Silfhout dit jaar tijdens Indoor Brabant tweede in de Kür. En op de NK in Ermelo vierde de Gelderse ruiter zijn eerste nationale titel. Na dat succes hoorde hij van bondscoach Johan Rocks dat hij zich kon opmaken voor zijn olympisch debuut in Rio.

Tim Lips

Tim Lips

Discipline: Eventing
Leeftijd: 30 jaar
Paard: Contrex Bayro NOP

Tim Lips (30) heeft de liefde voor de eventingsport met de paplepel ingegoten gekregen. Zijn vader Martin kwam voor Nederland meerdere malen succesvol aan de start van internationale kampioenschappen en de Olympische Spelen. Ook zijn moeder Annet was een verdienstelijke amazone in de eventingsport.Het was dan ook bijna niet meer dan logisch dat Tim de overstap maakte naar de eventingsport. Vader Martin is al enige tijd bondscoach van het Nederlandse eventingteam.

Voor Tim worden Rio zijn derde Spelen. Hij was er al bij in Peking en Londen. Op het EK van 2013 in Malmö eindigde hij op de zevende plaats met Keyflow NOP. Een jaar later won hij tijdens de wereldkampioenschappen in Caen brons met het team. Tijdens Indoor Brabant van dit jaar werd bekendgemaakt dat Contrex Bayro was vastgelegd door NOP, de Stichting Nederland Olympiade Paard. Met deze tienjarige Ruin doet de Brabander Lips mee in Rio.

Theo van de Vendel

Theo van de Vendel

Discipline: Eventing
Leeftijd: 35 jaar
Paard: Zindane

Als jongetje begon Theo van de Vendel op een pony aan zijn huidige hobby: de paardensport. Hij kwam zes jaar geleden bij toeval in de eventingsport terecht. Zijn vriendin deed ook aan de cross en naar verloop van tijd begon ook Van de Vendel wedstrijden gaan rijden.

Zijn droom was toen om de wereldbekende cross in Boekelo te mogen rijden. Dat lukte in 2014. Afgelopen zomer verscheen de 35-jarige inwoner van Ederveen aan de start bij het Europees kampioenschap in het Schotse Blair Castle. Van de Vendel werd 22ste in het individuele klassement met Zindane, de twaalfjarige ruin die door de man uit de Flevopolder zelf werd opgeleid. Met het Nederlands team eindigde hij als vierde. Na een wedstrijd vorig jaar in Polen kreeg Van de Vendel van de bondscoach Martin Lips te horen dat hij in de nationale equipe was opgenomen.

Roeien

Vrouwen Acht

Vrouwen Acht

Als enige boot uit de olympische roeivloot heeft de vrouwenacht in Rio een medaille te verdedigen. In Londen legde de boot beslag op brons, de enige plak die de Nederlandse roeiafvaardiging vier jaar geleden wist te bemachtigen.

Maar de route naar de Spelen verliep niet zonder problemen. Op de WK van vorig jaar in Aiguebelette plaatste de boot zich tijdens de voorwedstrijd als een raket voor de finale. Aan die eindstrijd deden zes boten mee en alleen de laatste plek leverde geen ticket voor Rio op. En juist op die plek eindigde de vrouwenacht.

Op het kwalificatietoernooi dit jaar in Luzern faalde de boot niet. Met de tweede plaats achter Roemenië werd het olympisch startbewijs in de wacht gesleept. Claudia Belderbos is het enige lid van de vrouwenacht die in 2012 brons haalde in Londen. Haar ploeggenoten nu zijn: Wianka van Dorp, Lies Rustenburg, José van Veen, Ellen Hogerwerf, Sophie Souwer, Monica Lanz, Olivia van Rooijen en stuurvrouw Ae-Ri Noort.

Lichte Vrouwen Dubbeltwee

Lichte Vrouwen Dubbeltwee

Ilse Paulis en Maaike Head hebben in de lichte vrouwen dubbeltwee een enorme progressie doorgemaakt. Op de WK van vorig jaar in Aiguebelette eindigden zij als veertiende en leken de Spelen van Rio verder dan ooit. Maar Paulus en Head bleven in elkaar geloven en dit jaar roeiden zij zich in de prijzen. In Brandenburg werd de Europese titel veroverd, in Luzern werd het olympisch kwalificatietoernooi gewonnen en ook de wereldbekerwedstrijd in Poznan leverde goud op. In de Poolse stad vestigden ze zelfs een wereldrecord: 6.47,69 minuten.

Paulis (23) maakt zich op voor haar eerste Spelen, terwijl Head (32) in 2012 al olympische ervaring opdeed. In Londen werd ze met Rianne Sigmund tweede in de B-finale. De voorbereiding op Rio werd in april onderbroken, nadat Head bij een fietsongeluk twee ribben brak. Het herstel van de afgestudeerd arts verliep voorspoediger dan verwacht en ze zat op tijd weer in de boot.

Mannen Acht

Mannen Acht

Twintig jaar na het historische olympische goud van de Holland Acht in Atlanta hoopt de mannenacht weer op een medaille in Rio. Na de mislukte WK van 2014 op de Bosbaan werd de bezetting van de boot drastisch gewijzigd.

Met Dirk Uittenbogaard, Boaz Meylink, Kaj Hendriks, Boudewijn Röell, Olivier Siegelaar, Tone Wieten, Mechiel Versluis, Robert Lücken en stuurman Peter Wiersum aan boord ging het weer stroomopwaarts met het voormalige vlaggenschip van het Nederlandse roeien. In 2015 werd de acht derde op de mondiale titelstrijd in Aiguebellette, waarmee kwalificatie voor de Spelen van Rio werd veiliggesteld. Dit jaar werd goud gepakt op de wereldbekerwedstrijden in Varese en Luzern. De zesde plaats op de EK in Brandenburg viel enigszins tegen. Van de huidige bemanning maakten alleen Siegelaar en Wiersum deel uit van de acht die tijdens de Spelen van 2012 in Londen als vijfde eindigde.

Mannen Twee-Zonder

Mannen Twee-Zonder

Mitchel Steenman en Roel Braas vormen pas sinds veertien maanden de bemanning van de twee-zonder. Steenman moest op zoek naar een nieuwe partner omdat zijn vaste maat Rogier Blink met een rugblessure kampte. En Roel Braas wilde na de dood van zijn vader Huub niet verder in de skiff. De hovenierszoon uit Breezand voelde zich plots eenzaam in de eenmansboot.

Steenman (lid van Skadi) en Braas (Okeanos) werden aan elkaar gekoppeld in de twee-zonder en de successen bleven niet lang uit. Het tweetal, in Rio gecoacht door Eelco Meenhorst, plaatste zich tijdens de WK van 2015 in Aiguebelette voor de Spelen. Bij de grote wedstrijden van dit jaar, de wereldbekers in Varese (zilver) en Luzern (zilver) en de EK in Brandenburg (brons) viel de boot in de prijzen. Door die successen denkt het duo dat ook in Rio een medaille mogelijk is. Steenman en Braas zaten in de acht die vier jaar geleden in Londen als vijfde eindigde.

Vrouwen Dubbelvier

Vrouwen Dubbelvier

Van de vrouwen dubbelvier staat alleen Nicole Beukers voor haar eerste olympische avontuur. De drie andere bemanningsleden waren er vier jaar geleden in Londen ook al bij. Inge Janssen werd achtste in de dubbeltwee, Carline Bouw en Chantal Achterberg veroverden brons in de vrouwenacht.

Gelet op de prestaties tijdens de drie wereldbekerwedstrijden van dit jaar mag de dubbelvier gerekend worden tot een medaillekandidaat in Rio. Zilver was er in Varese en brons in Poznan en Luzern. Voor Bouw, de roeister van Skoll, hing deelname aan de Spelen lang aan een zijden draadje. In de winter na de Spelen van Londen liep ze een ernstige knieblessure op. Ze onderging een operatie en kon twee maanden niet lopen. Haar sportieve carrière leek voorbij, stoppen met roeien luidde het welgemeende advies. Maar Bouw weigerde de handdoek te gooien. Ze knokte zich terug en zag haar doorzettingsvermogen en wilskracht beloond met een stoeltje in de dubbelvier.

Vrouwen Twee-Zonder

Vrouwen Twee-Zonder

Karien Robbers en Aletta Jorritsma vormen niet alleen de bemanning van de vrouwen twee-zonder, zij zijn in Rio tevens reserve voor de vrouwenacht. Een maand voor de Spelen kreeg Robbers de voorkeur boven Heleen Boers, van wie bondscoach Josy Verdonkschot meende dat zij minder geschikt was om eventueel in de acht plaats te nemen.

De twee-zonder was het hele jaar het zorgenkindje van de roeibond. Olivia van Rooijen en Ellen Hogerwerf voldeden vorig jaar bij de WK in Aiguebelette met een negende plaats aan de internationale eisen, maar niet aan die van NOC-NSF. Van Rooijen en Hogerwerf werden vervolgens in de acht gezet en de twee-zonder werd als reserveboot voor de acht aangemerkt. Ondanks dat de boot zich niet voor de nationale normen heeft geplaatst, kreeg de roeibond van NOC-NSF wel goedkeuring om met de boot in Rio te starten. Na veel gewissel werden de twee Nereus-roeisters Robbers (22) en Jorritsma (27) als bemanning aangewezen.

Lichte Mannen Vier-Zonder

Lichte Mannen Vier-Zonder

Tim Heijbrock is het enige lid van de lichte mannen vier-zonder dat al olympische ervaring heeft. De roeier van Skoll maakte vier jaar geleden ook deel uit van het lichte kwartet dat in Londen als zesde eindigde. In Rio zit Heijbrock in de boot met Bjorn van den Ende (Skoll), Jort van Gennep (Nereus) en Joris Pijs (Gyas). Teamwork makes the dream work! is het motto van het viertal, dat onder de hoede staat van coach Jeroen Spaans.

Het afgelopen seizoen hebben de vier roeiers vooral op kracht getraind, waar de focus in de periode daarvoor vooral lag op de conditie. Voor Van den Ende waren de Spelen lang een ver-van-zijn-bed-show. Pas toen hij dertig kilo (!) was afgevallen, van 105 naar 75, begon hij te dromen over deelname aan de Spelen. In Londen was hij nog reserve, in Rio komt zijn droom uit, met wellicht een medaille.

Mannen Vier-Zonder

Mannen Vier-Zonder

Twee jaar lang gold de vier-zonder als de belangrijkste boot van het Nederlandse roeien. De boot werd in 2013 wereldkampioen in het Zuid-Koreaanse Chungju en viel op de WK in Amsterdam (2014) net buiten de medailles. Na die mondiale titelstrijd op de Bosbaan besloot de bond de roeiers uit de vier – Mechiel Versluis, Olivier Siegelaar, Boaz Meylink en Robert Lücken – over te hevelen naar de acht, omdat de acht in Rio een grotere kans zou maken op een medaille.

De nieuwe bemanning in de vier zonder bestaat uit Govert Viergever, Vincent van der Want, Peter van Schie en Harold Langen. Zij verzekerden zich op de WK van 2015 in Aiguebelette van een olympisch ticket. Op de wereldbekerwedstrijden van dit jaar in Varese en Luzern werd de boot derde. Voor Van der Want worden zijn eerste Spelen heel speciaal. De Portugees sprekende Brazilië-kenner is getrouwd met een Braziliaanse. Hun zoon heet Savio.

Schermen

Bas Verwijlen

Bas Verwijlen

Sport: Degen
Leeftijd: 32 jaar

Hij moest alles zelf regelen, schermer Bas Verwijlen. Een breuk met zijn bondscoach vorig jaar leidde ertoe dat de 32-jarige politieagent zich zonder financiële steun van sportbond NOC-NSF moest proberen te plaatsen voor Rio. Met behulp van sponsors wist hij uiteindelijk zo’n honderdduizend euro bijeen te sprokkelen, genoeg om de toernooien te spelen die hij nodig had.

Verwijlen koos in die periode zijn vader als coach, met wie hij al eerder successen had behaald. En met zijn vader klom Verwijlen langzaam weer naar de top toe. In maart wist hij bij de Grand Prix in Boedapest plaatsing af te dwingen. Zijn handelsmerk, de uitzinnige schreeuw, is daarom ook op de mat in Rio te zien.

In Rio wil Verwijlen het beter doen dan in zijn twee eerdere deelnames. In Peking (2008) haalde hij de achtste finale, in Londen kwam hij niet door de tweede ronde heen. Vertrouwen heeft hij wel. “Als ik in topvorm ben, zijn er weinig schermers beter dan ik. Daar ben ik van overtuigd.”

Schoonspringen

Uschi Freitag

Uschi Freitag

Disicpline: Driemeterplank
Leeftijd: 26 jaar

Voor het eerst in 24 jaar staat er weer een Nederlandse schoonspringster op de Olympische Spelen. Uschi Freitag (26) plaatste zich op de driemeterplank, na een zilveren medaille op het EK afgelopen zomer. Dat was de eerste schoonspringmedaille voor Nederland op een internationaal toernooi in 21 jaar.

Freitag is een van de grote onbekenden in de Nederlandse Rio-equipe. Ze groeide op in Aken, kreeg geen financiële ondersteuning toen ze probeerde voor Nederland uit te komen, maar uiteindelijk leidde niets haar af.

Dankzij haar kwalificatie kreeg ze van het NOC-NSF een topsportbijdrage. Daarmee kan ze de benzinekosten betalen. Na Rio is ze weer op haar ouders aangewezen.

Bijna was het leven van Freitag heel anders gelopen. Op twaalfjarige leeftijd brak ze bij een sprong op een trampoline haar nek. Ze heeft daar niet heel veel last meer van, vertelde ze in Trouw. Maar de tienmeterplank slaat ze, uit veiligheidsoverwegingen, liever over. Gelukkig zijn vanaf drie meter ook genoeg salto’s te springen.

Taekwondo

Reshmie Oogink

Reshmie Oogink

Discipline: +67 kilo
Leeftijd: 26 jaar

Let op de spinning kick van Reshmie Oogink tijdens de olympische taekwondowedstrijden. De actie waarbij ze om haar as draait en dan het pantser of het hoofd van de tegenstander probeert te raken, is een van de specialiteiten van de Hengelose.

Oogink wist zich in januari al verzekerd van de Spelen in de klasse boven de 67 kilo, en heeft dus tijd genoeg gehad om zich voor te bereiden. Toch was januari het allerlaatste plaatsingsmoment voor Oogink. In december was ze op 8 seconden na zeker van Rio, toen een dubieuze score van haar tegenstandster de stand in die wedstrijd toch gelijk trok. Na afloop verklaarde ze even helemaal kapot te zitten. Dat ze het dan een maand later toch redde, zorgde voor grote ontlading.

In de voorbereiding op Rio trainde ze even mee met de Cubaanse taekwondoka’s. Ze komt pas de laatste week in actie, dus ze mist de openingsceremonie. Niet dat ze dat heel erg vindt. Alles draait om die ene dag.

Tafeltennis

Li Jiao

Li Jiao

Discipline: Landenwedstrijd, Individueel
Leeftijd: 43 jaar

Tafeltennis is een ervaringssport, zei Li Jiao twee jaar terug in Trouw. Zelf is ze daar het beste voorbeeld van. Met haar 43 jaar is ze een van de oudste voor Nederland uitkomende atleten.

Jiao, geboren in China, kwam in 1999 op haar 26e naar Nederland, op verzoek van een vereniging uit Heerhugowaard. Opvallend, want ze had al vijf jaar niet meer gespeeld. Toch bleek ze het talent te beschikken om nog jaren door te gaan. Ook opvallend: ze vond rijtjeshuizen grappig en kende Nederland alleen via Marco van Basten.

Vijf jaar later nadat ze op Schiphol landde, kreeg ze een Nederlands paspoort. Als Nederlandse bereikte ze de mondiale top. Ze plaatste zich voor Rio door haar overwinning op de Europese Spelen vorig jaar. Daar versloeg ze in de finale vriendin en teamgenoot Li Jie. Het doel is in Rio dat huzarenstukje te herhalen. Maar de concurrentie is groot, vooral van haar voormalige landgenoten uit China.

Britt Eerland

Britt Eerland

Discipline: Landenwedstrijd
Leeftijd: 22 jaar

Met haar 22 jaar is Britt Eerland veruit de jongste van de drie tafeltennissters die in Rio de landenwedstrijd gaan spelen. En de enige die in Nederland geboren is: in Schiedam.

Op jonge leeftijd was Eerland al Europees juniorenkampioen. Haar valkuil is haar mentale gesteldheid. Drie jaar geleden brak ze nog haar hand, toen ze uit frustratie met haar batje tegen de tafel sloeg. Inmiddels gaat het beter, al laat ze zich soms nog te veel afleiden, zei ze ook zelf in een van haar blogs voor Waterwegsport. Tijdens een wedstrijd in Zuid-Korea ‘kwam alles voorbij’. “Dat is niet bepaald handig tijdens een wedstrijd. Op een gegeven moment zei ik tegen mezelf: ‘Britt jij moet het doen en niemand anders, en daar ging ik!’”

Met het Nederlands team (naast Eerland Li Jie en Li Jiao) behaalde Eerland vorig jaar zilver op de Europese Spelen. Een herhaling in Rio zou voor Eerland het absolute hoogtepunt in haar carrière zijn.

Li Jie

Li Jie

Discipline: Single, Individueel
Leeftijd: 32 jaar

Li Jie en Li Jiao vormen al jaren de Nederlandse tafeltennistop. Wie Jiao zegt, zegt Jie en omgekeerd. Beide speelsters komen uit China, beide spelers kozen hetzelfde pad voor hun carrière: via Nederland.

Al op zestienjarige leeftijd kwam Jie vanuit China naar Nederland. Ze kon geen woord Engels, laat staan Nederlands, dus ze moest zich redden met gebarentaal. In Den Helder, waar ze competitie kon spelen.

Jie heeft al olympische ervaring. In 2008, tijdens voor haar memorabele spelen in haar thuisland, werd ze in Peking uitgeschakeld in de achtste finale. Toen noemde ze zichzelf nog een ‘zacht meisje’. “Ik ben eigenlijk niet zo’n sportvrouw. Ik ben fysiek niet zo goed en mentaal voel ik me ook niet zo sterk”, zo zei ze destijds in Trouw. Inmiddels is Jie 32 en zeer ervaren. Of dat een medaille op gaat leveren? Dat is de vraag. De Chinezen zijn de torenhoge favorieten.

Tennis

Robin Haase

Robin Haase

Discipline: Single, Dubbel
Leeftijd: 29 jaar

Vlak nadat Robin Haase zijn tweede ATP titel in het Oostenrijkse Kitzbühel had verdedigd, vertrok hij in 2012 naar het gras op Wimbledon voor de Olympische Spelen. Het lukte hem niet om ook daar te zegevieren. In het enkelspel lag Haase er al in de eerste ronde uit en ook in het dubbelspel kon hij met zijn partner Jean-Julien Rojer geen potten breken.

Vier jaar later hoopt Haase op een beter resultaat na een moeilijke periode in zijn leven. De ex-coach van Haase zit vast voor verdenking van moord op de zakenman Koen Everink, waarmee Haase goed bevriend was. Haase bereikte onlangs nog de finale van het ATP toernooi in Gstaad, waarin hij in de eindstrijd in twee sets verloor van de Spanjaard Feliciano López. De 29-jarige Hagenaar vormt met Rojer een sterk koppel in het dubbelspel, maar de Antilliaan kampte de laatste tijd met wat blessureleed.

Jean-Julian Rojer

Jean-Julian Rojer

Discipline: Dubbel, Mixed dubbel
Leeftijd: 34 jaar

De eindzege in het dubbelspel op Wimbledon was voor Jean-Julien Rojer vorig jaar het mooiste moment uit zijn carrière. Gemotiveerd door het succes won hij met zijn Roemeense dubbelpartner Horia Tecau ook de World Tour Finals, het officieuze wereldkampioenschap voor tennissers. Na dat succes kwam het zwarte gat: de twee raakten in een vormdip. Rojer kreeg last van blessures en zocht naar zijn zelfvertrouwen.

Op de Olympische Spelen in Rio hoopt de 34-jarige Antilliaan weer de goede kant op te gaan met Robin Haase in het dubbelspel en Kiki Bertens in het gemixte dubbelspel. Vier jaar geleden, toen hij nog maar net voor Nederland uit mocht komen, lag Rojer er al in de eerste ronde uit, toen ook aan de zijde van Haase. Rojer moet vlak na de openingsceremonie tennissen, maar eiste dat hij toch achter de vlag het stadion in Rio in wilde lopen.

Kiki Bertens

Kiki Bertens

Discipline: Single, mix dubbel
Leeftijd: 24 jaar

Alsof ze alleen nog maar kan winnen beleeft Kiki Bertens dit jaar de grote doorbraak in haar carrière. Verlost van twijfels over zichzelf won de 24-jarige speelster uit Wateringen haar tweede WTA titel in Nürnberg, waarna ze in één klap verder stootte naar de halve finale op Roland Garros. Daar verloor ze van niemand minder dan de nummer één van de wereld Serena Williams, maar dat veranderde niets aan haar zelfvertrouwen.Bovendien, heel Nederland sloot Bertens in de armen.

Ook op Wimbledon, waar ze voor het eerst de derde ronde haalde, stond ze zelfverzekerd op de baan. Dat goede gevoel nam ze mee naar Gstaad, waar ze ook de finale haalde. De Olympische Spelen zijn voor Bertens, net als voor vele andere tennissers, niet van een heel grote betekenis. De grandslamtoernooien zijn prioriteit in de tennissport. Bertens komt uit in het enkelspel tegen de Italiaanse Sara Errani en hoopt dat haar ranking hoog genoeg is om in het gemixte dubbelspel met Jean-Julien Rojer te spelen. Daarover komt 9 augustus uitsluitsel.

Turnen

Céline van Gerner

Céline van Gerner

Discipline: Vrouwenteam
Leeftijd: 21 jaar

Ze scheurde alle banden in haar rechterenkel af. Werd er later aan geopereerd. Kreeg vervolgens een ernstige rugblessure en toen ze net weer fit was knapte er iets in haar hamstring. Turnster Céline van Gerner heeft sinds de Olympische Spelen van Londen, waar ze met een puntentotaal van 57,232 twaalfde werd in de meerkampfinale en daarmee de beste Nederlandse turnster op de Spelen ooit werd, veel in de kreukels gelegen. Op uitzondering van de Europese Spelen in Bakoe, waar ze derde werd in de landenwedstrijd, turnde ze geen grote toernooien meer sinds de WK in het Chinese Nanning in 2014.

De 21-jarige turnster is net op tijd fit voor de Spelen en turnde zich precies op het goede moment in het team dat Nederland in Rio vertegenwoordigt. Maar pijnvrij, zo kun je haar niet noemen. Haar rug doet elke dag zeer. Ze leerde leven met de slijtage die het gevolg is van jarenlang turnen op het hoogste niveau. In Rio wil ze nog één keer schitteren.

Eythora Thorsdottir

Eythora Thorsdottir

Discipline: Vrouwenteam
Leeftijd: 17 jaar

In Rio speelt ze een soort zombie die te vroeg dood is gegaan, nog lang niet is uitgespeeld en uit zijn graf komt om nog wat mensen te treiteren. Turnster Eythora Thorsdottir houdt van acteren. Haar vloeroefening heeft altijd een thema. Op de WK vorig jaar in Glasgow speelde ze een verveeld prinsesje. De telg van IJslandse ouders, die in Rio haar 18de verjaardag viert, imponeerde daar met een prachtige oefening op vloer.

Choreografisch wonder Patrick Kiens, zijn roots liggen in de theaterwereld, bedenkt de artistieke hoogstandjes van zijn pupil. Op de NK van dit jaar liet Thorsdottir zien dat ze niet alleen uitblinkt in elegantie, maar ook in korte tijd moeilijke sprongen aan kan leren met haar tengere lijf. Op sprong liet Thorsdottir een yuchenko dubbel zien, een arabier flikflak met gestrekte salto en een dubbele schroef. Een grote meerwaarde voor haar meerkamp, waarop ze een nationaal record haalde met 58,058 punten. Met dat eindtotaal zou ze op de WK in Glasgow vijfde zijn geworden.

Sanne Wevers

Sanne Wevers

Discipline: Vrouwenteam
Leeftijd: 24 jaar

Haar balkje, noemt ze het turntoestel van vijf meter lang, tien centimeter breed en 1,25 meter hoog liefkozend. Sanne Wevers houdt van de evenwichtsbalk. Het onvoorspelbare. Een klein foutje en je ligt eraf. Het verschil tussen roem en anonimiteit is flinterdun op het toestel waarop Wevers vorig jaar op de WK in Glasgow een historische zilveren plak haalde.

Na tegenslagen valt voor de tweelingzus van turnster Lieke Wevers – Sanne is 6 minuten ouder – in de nadagen van haar turncarrière alles op zijn plek. Verlost van de pijn in haar schouder en enkel wint Wevers vorig jaar op de EK in Montpellier met brons op brug haar eerste medaille op een belangrijk titeltoernooi. Het mooiste moet dan nog nog komen. Nadat de zusjes samen met trainer en vader Vincent Wevers worden verbannen uit de turnhal in Almelo vanwege een conflict met het bestuur, vinden ze in Heerenveen het geluk terug. Ver weg van moeder Gemma en hond Joya in Oldenzaal worden nieuwe artistieke hoogstandjes geoefend.

Om in Rio op het podium te komen heeft Sanne Wevers een ingewikkelde opsprong aan haar oefening toegevoegd, met een arabier flikflak. Ze hoopt dat het genoeg is voor eeuwige roem op haar balkje.

Yuri van Gelder

Yuri van Gelder

Discipline: Mannenteam
Leeftijd: 33 jaar

In Athene tijdens de Spelen van 2004 was Yuri van Gelder er al bij als vrijwilliger. Tussen zijn voorbeelden droomde hij van deelname in Peking, maar het liep anders voor de wereldkampioen ringen van 2005. Van Gelder kwalificeerde zich niet en miste ook Londen in 2012.

Toen Epke Zonderland zijn gouden oefening voltooide aan de rekstok, zat Van Gelder symbolisch alvast in Brazilië. In het land waar zijn vriendin vandaan komt zette hij alvast de knop om naar Rio. Daar zouden alle puzzelstukjes op de juiste plek moeten vallen. Met het halen van een teamticket was de plek van Van Gelder meteen veiliggesteld, want de ringenturner is op 33-jarige leeftijd nog altijd van wereldniveau. Al haalde hij sinds 2009 geen medailles meer op grote toernooien, Van Gelder was er met een paar vierde plekken wel vaak dichtbij. Op de plek waar hij zich thuis voelt, het eten lekker vindt en de taal spreekt, hoopt hij op olympisch succes.

Jeffrey Wammes

Jeffrey Wammes

Discipline: Mannenteam
Leeftijd: 29 jaar

Als er één plek was waar Jeffrey Wammes vier jaar geleden niet had willen zitten, was het de rechtszaal. Maar hij kon niet anders met de onduidelijke reglementen over welke turner er voor Nederland naar de Olympische Spelen in Londen zou mogen. Wammes won de zaak, maar raakte geblesseerd, Epke Zonderland toonde alsnog vormbehoud en werd de man die naar de Spelen ging. De rest is geschiedenis.

Wammes keek naar de gouden vlucht van Zonderland aan de rekstok en hoopte dat hijzelf vier jaar later, op 29-jarige leeftijd, nog een kans zou maken op olympische deelname. De turnbond KNGU bedacht voor de weg naar Rio een nieuwe kwalificatieprocedure om te voorkomen dat gymnasten naar de rechter moesten stappen om dat ene felbegeerde ticket te krijgen. Maar het bleek overbodig. Met het binnenhalen van het historische teamticket, Nederland stuurt voor het eerst sinds 1928 een mannenteam, waren er vijf tickets te vergeven.Wammes’ droom kwam toch nog uit.

Vera van Pol

Vera van Pol

Discipline: Vrouwenteam
Leeftijd: 22 jaar

Als peuter van twee jaar oud haalde Vera van Pol al allerlei stunts uit in huis. Haar moeder beviel in die tijd van een tweeling en de kraamverzorgster tipte dat de kleine acrobaat in het gezin misschien eens naar peutergym moest gaan zodat ze haar energie kon gebruiken. Zo gezegd, zo gedaan. Gym werd turnen en 20 jaar later, Van Pol is nu 22 jaar oud, maakt de turnster deel uit van het team met vijf vrouwen dat voor Nederland naar Rio gaat.

Vroeg begonnen met de sport dus, maar haar prestaties op het hoogste niveau kwamen pas op latere leeftijd tot uiting. In 2013 en 2015 werd de 1,57 meter lange turnster Nederlands kampioen op de meerkamp. Toen Oranje het teamticket voor Rio binnensleepte, op de WK vorig jaar in Glasgow, was Van Pol mee als reserve. In Rio maakt ze haar olympische debuut.

Lieke Wevers

Lieke Wevers

Discipline: Vrouwenteam
Leeftijd: 24 jaar

Met haar lengte van 1,67 meter, de langste turnster in de Nederlandse ploeg voor Rio, ziet eigenlijk alles wat Lieke Wevers doet er mooi uit. Met elegantie als grootste wapen heeft Wevers de turnwereld versteld doen staan. Net als tweelingzus Sanne komen de beste prestaties ook bij Lieke pas in de herfst van haar carrière.

Met 24 jaar – voor een turnster zo’n beetje bejaard – is ze eindelijk blessurevrij nadat ze drie jaar terug bijna was gestopt met topsport. Nadat ze een waslijst aan kwetsuren had overwonnen kwamen op de Europese Spelen in Bakoe vorig jaar de eerste internationale medailles. Wevers keerde naar huis met drie keer brons en één keer goud. Op de WK in Glasgow turnde ze vorig jaar haar eerste meerkampfinale, waar ze als dertiende eindigde.

Tranen waren er voor haar zes minuten oudere zus Sanne, die een historische zilveren plak op balk haalde. Met een plek in het team voor Rio komt de droom van de tweeling uit: samen naar de Olympische Spelen.

Bart Deurloo

Bart Deurloo

Discipline: Mannenteam
Leeftijd: 25 jaar

Bart Deurloo mag op zijn lichaam een plekje zoeken voor de olympische ringen als hij in Rio zijn debuut maakt. De 25-jarige turner, die vol zit met tatoeages, heeft een groot aandeel gehad in het halen van het historische teamticket voor Nederland. Deurloo is sinds een aantal jaar de beste meerkamper van Nederland, met drie nationale titels op de meerkamp. Daarom is hij onmisbaar in de ploeg voor een goed teamresultaat.

Net als Epke Zonderland heeft Deurloo een grote liefde voor de rekstok. Op de Europese kampioenschappen van vorig jaar in Montpellier was de turner die in Zwijndrecht traint van plan om het stokje over te nemen van Zonderland en zich te kronen tot Europees kampioen. Maar Deurloo werd daar zwaar bestraft voor een aantal slordigheidfoutjes en viel buiten de medailles. In zijn vrije tijd speelt Deurloo gitaar en bedenkt hij zijn eigen liedjes. Mogelijk turnt hij in Rio een succesnummer.

Frank Rijken

Frank Rijken

Discipline: Mannenteam
Leeftijd: 19 jaar

Een maand geleden had Frank Rijken nog niet durven dromen dat hij straks op de Olympische Spelen in Rio in actie zou komen. De turner is pas 19 jaar oud en had gedacht dat het vijfde ticket voor Casimir Schmidt zou zijn. Toch kreeg niet de meer ervaren Schmidt, maar Rijken het verlossende ‘jawoord’ op de vraag of hij in het team zou zitten in Rio.

Op de Europese Spelen in Bakoe turnde Rijken vorig jaar zijn eerste belangrijke toernooi. Vlak voor het evenement scheurde hij nog zijn enkelbanden bij het redden van een lammetje. Achter zijn ouderlijk huis in Oostvoorne zag de turner dat er het beest vast zat in het hek. Hij ging er naartoe, sprong over en slootje en redde het dier. De sprong terug over het slootje mislukte echter, waarbij zijn enkelband het begaf. Sindsdien let hij niet meer op lammetjes, maar op zijn eigen fysieke gesteldheid, waardoor hij in Rio in april op het olympisch kwalificatietoernooi een belangrijk aandeel kon leveren in het teamticket.

Epke Zonderland

Epke Zonderland

Discipline: Mannenteam
Leeftijd: 30 jaar

Voor zijn toekomstige carrière als arts was het wel handig. Toch was Epke Zonderland liever geen patiënt in de afgelopen twee jaar. Een chronische bijholteontsteking en een hersenschudding zorgden ervoor dat hij lang kwakkelde met zijn gezondheid. De olympisch kampioen van 2012 aan de rekstok werd een jaar na zijn gouden vlucht in Londen wereldkampioen in Antwerpen en in het Chinese Nanning in 2014 prolongeerde hij zijn titel.

Kort daarna begonnen de problemen. De 30-jarige turner uit Lemmer zocht lang naar de oorzaak en ging verschillende malen onder het mes. Op de EK’s en WK’s haalde hij geen titels meer en gingen anderen ervandoor met de eer. De nieuwe standaard die de rekturner in Londen had neergezet, met de befaamde triple boven de rekstok, werd nog niet overtroffen. De combinatie van drie vluchtelementen bleek een te risicovolle onderneming voor zijn concurrenten, die het in trainingen wel af en toe voor elkaar kregen, getuige video’s op Youtube.

Zonderland kwam vlak voor Rio, waar Nederland voor het eerst sinds 1928 met een team in actie zal komen, eindelijk van zijn hoofdpijn af en zal een gooi doen naar prolongatie van zijn olympische titel met een combinatie van twee keer twee vluchtelementen boven de rekstok.

Triatlon

Rachel Klamer

Rachel Klamer

Discipline: Triatlon
Leeftijd: 25 jaar

1,5 kilometer zwemmen, 40 kilometer fietsen en 10 kilometer hardlopen. Atlete Rachel Klamer doet het binnen twee uur. De vrolijke in Zimbabwe geboren atlete is een van de meest allrounde Nederlandse atleten.

Londen 2012 ging voor Klamer niet naar behoren. Ze lag na het zwemmen al op grote achterstand en eindigde als 36e. Dit jaar is alleen meedoen niet goed genoeg. Een topklassering is dat wel, zei ze tegen RTV Oost. De laatste jaren bieden de resultaten hoop. Drie jaar geleden werd ze Europees kampioen en Klamer ging de boeken in als de eerste sporter die voor Nederland bij de Europese Spelen een medaille haalde (zilver).

Wil ze de topfavoriete verslaan, de Amerikaanse Gwen Jorgensen, dan moet ze zich vooral focussen op de tien kilometer hardlopen. Daar verliest ze nog minuten, terwijl ze zowel zwemmend als fietsen goed bij kan blijven. Ze heeft er in ieder geval alles aan gedaan: vanaf 12 juni is ze niet meer thuis geweest, maar vloog ze van trainingskamp naar trainingskamp. Dat moet wel resultaat opleveren.

Volleybal

Volleybalvrouwen

Volleybalvrouwen

De Nederlandse Lange Vrouwen maken voor het eerst sinds twintig jaar deel uit van de olympische elite. In 1996 in Atlanta werden de volleybalsters vijfde. De plaatsing voor Rio mag voor een groot deel worden toegeschreven aan Giovanni Guidetti, die vorig jaar werd aangesteld tot bondscoach. In korte tijd smeedde de bevlogen Italiaan het team tot een hecht collectief met veel individuele kwaliteiten.

Vorig jaar werd Nederland tweede op het EK en via de kwalificatietoernooien in Ankara en Tokio werd de poort naar Rio geopend. Met Lonneke Sloetjes heeft Oranje een van de beste diagonaalspeelsters van de wereld in huis. De 25-jarige Achterhoekse speelt bij Fenerbahce, de club van Guidetti. Sloetjes werd tijdens de World Grand Prix van dit jaar gekozen in het dreamteam. Nederland begint op zaterdag 6 augustus in het Ginásio do Maracanãzinho tegen China. De andere tegenstanders in de poule zijn: de Verenigde Staten, Servië, Italië en Puerto Rico.

Watersport

Annemiek Bekkering & Annette Duetz

Annemiek Bekkering & Annette Duetz

Discipline: 49erFX
Leeftijd: 25 jaar, 23 jaar

Op de openingsdag van de Spelen in Rio mag Annemiek Bekkering 25 kaarsjes uitblazen. Een mooi olympisch begin voor de geboren Brabantse, die vier jaar geleden de Spelen van Londen misliep. Het Matchrace-team met de in nu Den Haag woonachtige Bekkering, Mandy Mulder en Merel Witteveen verloor destijds de sail-off voor een startbewijs.

In Rio maken Bekkering en Annette Duetz hun olympisch debuut in de 49erFX, een nieuwe en spectaculaire discipline op de Spelen. Ze verloren aanvankelijk de nationale selectie van Claire Blom en Nina Keijzer, waardoor ze ook hun plek in de kernploeg kwijtraakten. Maar omdat Blom en Keijzer er niet in slaagden om aan de limiet van NOC-NSF te voldoen, kregen Bekkering en Duetz alsnog een plek in de olympische zeilequipe.

Duetz is afkomstig uit een echte zeilfamilie. Haar vader Henk werd wereldkampioen in 1982 en moeder Marion kwalificeerde zich voor de Spelen van Seoul in 1988.

Lilian de Geus

Lilian de Geus

Discipline: RS:X
Leeftijd: 24 jaar

Lilian de Geus, opgegroeid in Almere en sinds drie jaar woonachtig in Scheveningen, heeft zich in korte tijd in de wereldtop genesteld in de RS:X-klasse. Ze maakt sinds 2013 deel uit van de kernploeg en maakt zich in Rio op voor haar olympisch debuut. En na het zilver op het olympisch testevent in 2015 en de derde plaats op het WK van dit jaar in Eilat mag De Geus tot een medaillekandidaat in Rio worden gerekend.

Tijdens vakanties aan het Italiaanse Gardameer maakte De Geus op twaalfjarige leeftijd kennis met het windsurfen. In die periode was ze tevens een succesvol voetbalster. Ze zat in de selectie van het Nederlands team tot vijftien jaar. De student fysiotherapie heeft zich nu helemaal gestort op het windsurfen en hoopt in Rio op een medaille. Met haar 24 jaar kan De Geus zeker ook nog mee voor de Spelen van 2020 in Tokio. Ze wordt gecoacht door Jacco Koops.

Afrodite Zegers-Kyranakou en Anneloes van Veen

Afrodite Zegers-Kyranakou en Anneloes van Veen

Discipline: 470
Leeftijd: 24 jaar, 25 jaar

Afrodite Zegers-Kyranakou en Anneloes van Veen zeilen sinds 2013 in de 470-klasse in de kernploeg. Zegers-Kyranakou is geboren in Griekenland, maar inmiddels genaturaliseerd tot Nederlandse. Om haar olympische zeildroom te verwezenlijken heeft ze een carrière als concertpianiste opgegeven.

Zegers-Kyranakou en Van Veen, allebei lid van de watersportvereniging Braassemermeer, zeilden tegen elkaar in de Optimist-klasse. Nu vormen zij samen een koppel in de 470 en hopen hun olympisch debuut in Rio te bekronen met een podiumplaats. Dit jaar eindigden ze als negende op het WK in Buenos Aires en veroverden ze zilver op het EK in Palma. De twee zeilsters, die zich het ‘A-team’ noemen, hebben een deel van hun voorbereiding op de Spelen van Rio zelf gefinancierd. De titel van hun campagne via crowdfunding was: ‘Winnen doe je samen’. Ze noemen zich elkaars tegenpolen. Het Griekse temperament van Zegers-Kyranakou tegenover de Hollandse rust van Van Veen.

Pieter-Jan Postma

Pieter-Jan Postma

Discipline: Finn
Leeftijd: 34 jaar

Met het goud op het Europees kampioenschap in Barcelona veroverde Pieter-Jan Postma dit jaar zijn eerste grote titel. Dat was voor de Friese Finn-zeiler een enorme opsteker in de aanloop naar de Spelen van Rio. In het Braziliaanse water wil Postma zich revancheren voor de vierde plaats van vier jaar geleden in Londen. Door een strafrondje in de laatste race liep hij de bronzen medaille mis.

Ook in Peking (2008) was Postma er al bij, voor de kust van Quindao werd hij veertiende. In 2014 probeerde de in Leeuwarden woonachtige zeiler een plekje te bemachtigen aan boord van Team Brunel voor de Volvo Ocean Race 2014-2015. Hij deed mee aan een trainingskamp, maar viel uiteindelijk buiten de boot. Na die teleurstelling richtte Postma zich weer voor honderd procent op de Spelen van Rio. In mei pakte hij brons op het WK in de Finnklasse. Het was de derde WK-medaille voor Postma, die in 2011 tweede werd en in 2013 derde.

Marit Bouwmeester

Marit Bouwmeester

Discipline: Laser Radial
Leeftijd: 28 jaar

Marit Bouwmeester behoort tot een serieuze medaillekandidaat in de baai van Guanabara. De 28-jarige Friezin, met Dorian van Rijsselberghe het boegbeeld van de Nederlandse olympische zeilequipe, liet in 2016 zien dat ze in de Laser Radial-klasse nog altijd tot de beste zeilsters van de wereld behoort. De enige teleurstelling was dit jaar het mislopen van de wereldtitel in Mexico. De wereldkampioene van 2011 en 2014 eindigde als vierde. Maar daarna won ze de Europese titel in Las Palmas, pakte ze goud op de Delta Lloyd-regatta en Medemblik en schreef ze de wereldbekerwedstrijd in Weymouth op haar naam. In de Engelse badplaats hield Bouwmeester de Chinese olympisch kampioene Xu Lijia achter zich.

Op de Spelen van 2012 in Londen veroverde de zeilster uit Wartena de zilveren medaille achter Xu Lijia. Na dat succes moest Bouwmeester op zoek naar een nieuwe coach, omdat Mark Littlejohn niet met haar verder wilde. Sinds 2013 wordt ze gecoacht door Jaap Zielhuis.

Mandy Mulder & Coen de Koning

Mandy Mulder & Coen de Koning

Discipline: Nacra 17
Leeftijd: 28 jaar, 33 jaar

De Nacra 17, een catamaran van 5,25 meter, is de enige olympische klasse met een gemengde bemanning. Het tweetal Mandy Mulder (28 jaar, geboren in Poeldijk) en Coen de Koning (33, Hoorn) vertegenwoordigt Nederland in Rio. Waar De Koning zijn debuut op de Spelen maakt, daar heeft Mulder al een olympische medaille op zak. In 2008 in Peking veroverde zij met Merel Witteveen en Annemieke Bes zilver in de Yngling-klasse. Vier jaar later mist ze de Spelen in Londen in Matchrace-klasse, maar in Rio is ze er weer bij. En niet om deel te nemen, maar om een medaille te winnen.

Sinds 2013 vormt zij met De Koning een koppel in de Nacra 17. In hun eerste belangrijke wedstrijd samen pakten zij direct de Europese titel. Hun olympische droom wordt werkelijkheid als ze al anderhalf jaar voor de Spelen het felbegeerde startbewijs verdienen. In september krijgt het duo een tegenslag te verwerken als De Koning na een val met de racefiets zijn linker sleutelbeen breekt. Hij is op tijd hersteld om de training te hervatten. Guido Alkemade is coach van Mulder en De Koning.

Dorian van Rijsselberghe

Dorian van Rijsselberghe

Discipline: RS:X
Leeftijd: 28 jaar

Op 27 juli 2012 droeg Dorian van Rijsselberghe de Nederlandse vlag tijdens de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Londen. Op 5 augustus dat jaar veroverde de Texelse windsurfer de gouden plak voor de kust van Weymouth. Van Rijsselberghe was oppermachtig, hij won zes van de negen races en hoefde in de laatste race alleen nog maar te starten. Met het goud werd hij de opvolger van Stephan van den Berg, die in 1984 in Los Angeles olympisch kampioen werd.

Het zag ernaar uit dat Van Rijsselberghe ook de laatste olympisch kampioen windsurfen zou zijn. De discipline zou worden vervangen door het kitesurfen, maar deze beslissing werd snel teruggedraaid. Daardoor kan Van Rijsselberghe zijn olympische titel in 2016 toch verdedigen. De pupil van de Nieuw-Zeelandse coach Aaron MacIntosh is inmiddels verhuisd naar Laguna Beach, bij Los Angeles, waar hij woont met zijn vrouw en dochter Lise Ana. Van Rijsselberghe heeft zich in de aanloop naar de Spelen vaak kritisch uitgelaten over het vervuilde water in de baai van Guanabara.

Rutger van Schaardenburg

Rutger van Schaardenburg

Discipline: 470
Leeftijd: 28 jaar

Rutger van Schaardenburg begint in Rio aan zijn derde olympische campagne. De 28-jarige Dordtenaar was in 2008 in Peking de tweede Nederlander na Serge Kats die in de Laser-klasse naar de Spelen ging. Hij wist zich na een zwaar kwalificatietraject pas op het laatste moment voor het evenement te plaatsen. Van Schaardenburg begon gesloopt aan het olympisch toernooi en eindigde als 34e. Hetzelfde verhaal gold voor de Spelen van vier jaar geleden in Londen. Ook toen had het kwalificeren te veel van zijn krachten gevergd en kwam hij op het olympische water van Weymouth niet verder dan de veertiende plaats.

Na een spannende nationale selectiestrijd met Nicolas Heiner wist Van Schaardenburg zich ook weer te plaatsen voor de Spelen van Rio. Dat deed hij in 2015 door zich in Aarhus te laten kronen tot Europees kampioen. Met een rustiger voorbereiding hoopt de pupil van Dan Slater dat driemaal scheepsrecht is en dat hij ditmaal wel op het erepodium komt.

Wielrennen

Anna van der Breggen

Anna van der Breggen

Discipline: Wegrit, Tijdrit
Leeftijd: 26 jaar

Als klein meisje telde ze de dagen af tot ze acht was, en mee mocht doen aan wedstrijden. Vele jaren later, toen ze een fietspauze inlaste om vier maanden stage te lopen in Ghana voor haar opleiding verpleegkunde, besefte ze pas echt hoe graag ze wielrenner wilde worden.

Sindsdien ging het hard met haar carrière. Eerst hielp ze als meesterknecht Marianne Vos aan twee wereldtitels. Toen Vos in 2015 gedwongen een jaar rust moest inlassen, stond Anna van der Breggen op als de nieuwe vaandeldraagster van het Nederlandse vrouwenwielrennen. Ze won een imposante hoeveelheid wedstrijden, en bijna het wereldkampioenschap.

In Rio won ze zondag 7 augustus de wegwedstrijd, nadat ze een kwartier eerder haar teamgenote Annemiek van Vleuten in de berm had zien liggen. Lees het wedstrijdverslag hier. Het was het eerste goud voor Nederland op de Spelen. Drie dagen later won ze ook nog brons op de tijdrit.

Annemiek van Vleuten

Annemiek van Vleuten

Discipline: Wegrit
Leeftijd: 33 jaar

Ze is Nederlands kampioen tijdrijden, maar mag in Rio alleen haar kunsten tijdens de wegrit vertonen. Een lichte teleurstelling, maar die had ze snel weggeslikt, want ze kijkt er vooral heel erg naar uit om op de Spelen voor haar land te rijden, vertelde ze in interviews. De veterane onder de Nederlandse wegrenners weet waarover ze spreekt: ze was er vier jaar geleden ook al bij.

Van Vleuten heeft onder andere de Ronde van Vlaanderen op haar palmares staan. Zulke koersen met korte beklimmingen liggen haar het best. Maar speciaal voor het iets zwaardere parcours van Rio is ze al een half jaar met een voedingsdeskundige bezig om op precies het juiste gewicht te komen.

Tijdens de wegrit reed Van Vleuten ‘haar beste race ooit’. Tot een verradelijke bocht in de laatste afdaling. Ze kwam hard op het asfalt neer en liep een zware hersenschudding op. Ze moest na de race een dag op de intensive care blijven.

Bauke Mollema

Bauke Mollema

Discipline: Wegrit
Leeftijd: 29 jaar

Bauke Mollema is een van de exponenten van de renaissance van het Nederlandse ronderennen. En hij heeft in Rio iets goed te maken, nadat hij door een stomme val zijn podiumplaats in de Tour verspeelde.

Het lijkt onwaarschijnlijk dat hij zich daar lang door van zijn stuk laat brengen. In interviews is de Groninger de rust zelve, op het laconieke af. Zijn teammaten kennen hem als de kopman die in de bus altijd verdiept is in een roman.

Als wielrenner is Mollema is een echte allrounder, die kan klimmen maar ook wel enige explosiviteit bezit. Goede kans dat het in Rio, waar na een heuvelachtige koers de laatste twintig kilometer vlak zijn, uitdraait op een sprint van een uitgedunde groep.

Steven Kruijswijk

Steven Kruijswijk

Discipline: Wegrit
Leeftijd: 29 jaar

Als, als, als… Als Steven Kruijswijk niet was gevallen in de laatste Giro d’Italia, dan had hij hem misschien wel gewonnen. Want ineens toonde hij zich daar: een volwassen ronderenner, die zich met de allerbesten kon meten.

Die status bereikte hij door zich jarenlang in de luwte te concentreren op zijn doel. Hij laat zich niet afleiden door bijzaken, zeggen mensen die hem kennen. Hij hield op een gegeven moment zelfs op met zijn fanclub, om zich helemaal op de sport te kunnen richten.

Zijn belangrijkste kwaliteit is zijn vermogen om drie weken lang geen tekenen van verval te tonen. Dat zal hem in Rio weinig helpen. Ritten winnen doet hij minder vaak, maar drie tweede plaatsen in de Giro lieten zien dat hij ook in een eendaagse koers op het podium kan eindigen.

Ellen van Dijk

Ellen van Dijk

Discipline: Wegrit, Tijdrit
Leeftijd: 29 jaar

Van Dijk was er in 2012 ook al bij in Londen. Ze viel zichzelf toen ietsjes tegen, met een achtste plaats in de tijdrit. Ze weet dat zelf aan de onervarenheid in zo’n groot evenement.

Dit keer kan ze het goedmaken. Al is het parcours iets te zwaar naar haar smaak. Vorig jaar ging Van Dijk op vakantie naar Rio, om alvast vooronderzoek te kunnen doen. Ze werd er ‘niet vrolijk van’.

Toch wist Van Dijk zich te kwalificeren, en geldt ze zeker op de tijdrit als een van de kanshebbers voor een podiumplaats. In die discipline werd ze immers in 2013 wereldkampioen. Dat het ook in de aanloop naar Rio snor zit met haar vorm, bewees ze in juli met een overwinning in de Thüringen Rundfahrt.

Marianne Vos

Marianne Vos

Discipline: Wegrit
Leeftijd: 29 jaar

Jarenlang heerste Marianne Vos niet alleen over het wegwielrennen, maar ook over het veldrijden. ‘De kannibaal’, werd ze wel genoemd, naar Eddy Merckx, die mannelijke collega die ook altijd en overal won. Ze gaat in de Olympische wegrit dan ook van start als titelverdediger.

Wat haar kansen dit jaar zijn? Ze is niet meer de torenhoge favoriet die ze in 2012 was. Dat komt doordat ze vorig jaar gedwongen rust moest houden; ze was geblesseerd en overtraind.

Maar vlak haar zeker niet uit. Ze wist na haar comeback dit jaar alweer talloze overwinningen en ereplaatsen te sprokkelen, en zal er zeker op gebrand zijn om haar titel te verdedigen.

Tom Dumoulin

Tom Dumoulin

Discipline: Wegrit, Tijdrit
Leeftijd: 25 jaar

Bradley Wiggins is gestopt, Fabian Cancellara is op zijn retour, en Tony Martin concentreert zich tegenwoordig op de klassiekers. De troon van beste tijdrijder is leeg, en de Olympische tijdrit zou een fantastische gelegenheid zijn voor Tom Dumoulin om die te bestijgen.

Dat hij daar de belangrijkste kandidaat voor is, toonde hij met een overtuigende tijdritzege in de Tour. Maar later tijdens die wedstrijd sloeg het noodlot toe, en brak hij zijn pols bij een valpartij. De schade lijkt mee te vallen, maar of Dumoulin op honderd procent van zijn kunnen koerst moeten we afwachten.

Als hij goed herstelt, moeten we hem ook voor de wegrit niet uitvlakken. Tom Dumoulin bewees zich de afgelopen twee jaar als een wielrenner die ook in wegkoersen op geaccidenteerd terrein op de cruciale momenten een haast on-Nederlands killerinstinct bezit.

Wout Poels

Wout Poels

Discipline: Wegrit, Tijdrit
Leeftijd: 28 jaar

Tijdens de Tour de France was hij de beminnelijke beul van Sky, die namens kopman Chris Froome iedereen die in het hooggebergte probeerde te ontsnappen resoluut tot de orde riep. Hij reed zo sterk, dat menigeen zich afvroeg: die Wout Poels, moet die niet voor zijn eigen kansen gaan rijden? Welnu, in Rio mag hij dat, en krijgen we misschien wel een strijd tussen Froome en Poels.

Dat Poels tot de favorieten behoort in zware eendaagse wedstrijden als de Olympische wegrit, bewees hij eerder dit jaar met een overwinning in de klassieker Luik-Bastenaken-Luik. Daarmee zette hij definitief een streep onder de kwakkelperiode die begon met een zware val in de Tour van 2012.

Dan is er ook nog de tijdrit. Normaal is Poels daar geen podiumkandidaat, maar op een goede dag kan hij uit zijn slof schieten. Zo versloeg hij wereldkampioen Vasil Kiryjenka eerder dit jaar in de Ronde van Valencia.

Worstelen

Jessica Blaszka

Jessica Blaszka

Discipline: -48 kilo
Leeftijd: 23 jaar

Jessica Blaszka is misschien wel de minst bekende Nederlandse deelnemer in Rio. De worstelaarster is de eerste vrouw ooit die in die discipline meedoet aan de Olympische Spelen.

Blaszka kwalificeerde zich met een derde plek op de Wereldkampioenschappen in Las Vegas vorig jaar. In de laatste seconden van die wedstrijd kwam ze gelijk met haar tegenstander en in het worstelen is bij gelijke stand diegene die het laatst scoort de winnaar.

Was het geluk? Blaszka vond van niet. Het was juist een beloning voor al dat ‘stoeien’, dat ze vanaf jongs af aan deed. Eerst in Limburg, waar ze vandaan komt, maar de afgelopen jaren in het Zweedse Klippan. Dat moest wel, want in Nederland kon en kan niemand haar niveau aan. Als lunch verorberde ze genoeg Zweedse gehaktballetjes, liet ze veelal op Instagram weten.

Blaszka, die een leeuw op haar rechter bovenbeen heeft getatoeëerd, werd door NOC-NSF jarenlang gezien als ‘veelbelovend’ en kreeg daardoor ook financiële steun. Londen miste ze met een blessure, het doel daarna, Rio, heeft ze gehaald. Met een goede dag is een medaille zeker denkbaar.

Zwemmen

Inge Dekker

Inge Dekker

Discipline: 100 vlinder, 50 vrij, 4×100 vrij
Leeftijd: 30 jaar

Haar vierde deelname aan de Olympische Spelen, in Rio, stond plotseling in één klap onderaan het prioriteitenlijstje van Inge Dekker. Tijdens een standaard bevolkingsonderzoek in april werd er bij haar baarmoederhalskanker ontdekt. Gelukkig kreeg de 30-jarige zwemster al snel het nieuws dat ze er vanaf geholpen kon worden door een operatie.

Na de ingreep pakte Dekker langzaam de training weer op om zich op te maken voor het olympische sluitstuk van haar indrukwekkende carrière. Samen met Femke Heemskerk en Ranomi Kromowidjojo vormt Dekker een vast lid van de ‘golden girls’ op de 4×100 vrij estafette, waarop Nederland jarenlang regeerde en in Londen vier jaar terug genoegen moest nemen met zilver. Toen namen de Australische vrouwen, ook in Rio de te kloppen ploeg, het stokje over.

Dekker komt individueel ook in actie op de 100 vlinder en de 50 vrij. De 50 vlinder, haar specialiteit waarop ze in 2011 wereldkampioene werd, is geen olympisch zwemnummer.

Andrea Kneppers

Andrea Kneppers

Discipline: 4×200 vrij
Leeftijd: 23 jaar

Ze werd geboren in Amerika en keerde weer terug toen haar zwemcarrière in het slop dreigde te raken. Vier jaar geleden miste Andrea Kneppers op een haar na de limiet voor de Olympische Spelen van Londen op de estafette van de 4×200 vrij.

Daarna inspireerde het zwembad in Eindhoven niet meer. Kneppers verhuisde naar Louisville om in een universiteitsteam het plezier voor zwemmen terug te krijgen. Gesteund door de teamspirit van haar Amerikaanse zwemmaatjes ging het weer de goede kant op met de carrière van de 23-jarige zwemster. In Amerika staat de teamprestatie, naast goed presteren voor de universiteit, op de eerste plek. Dat gaf Kneppers het gevoel dat ze er niet alleen voor stond.

Dit jaar zwom ze op de EK in Londen haar eerste belangrijke toernooi in lange tijd. Met een bronzen plak op de 4×200 vrij, de eerste EK medaille op dat nummer sinds 1995, zwom ze zichzelf in de kijker voor een plek in de olympische estafette.

Robin Neumann

Robin Neumann

Discipline: 200 vrij, 4×200 vrij
Leeftijd: 18 jaar

Op een dinsdag in mei zat Robin Neumann in een Amsterdamse sportschool voor haar eindexamen Engels. Twee dagen later pakte ze brons op de Europese kampioenschappen in Londen in de estafette op de 4×200 vrij. Haar vwo-diploma haalde ze met vlag en wimpel.

Engels was voor haar een makkie, want Neumann werd geboren in Parijs en groeide op in Frankfurt. Vervolgens ging ze naar school in Stockholm en maakte ze kennis met de zwemsport in Londen. In München werd ze Duits jeugdkampioene en in Amsterdam, waar ze zich door trainer Martin Truijens liet omscholen van rugslag- tot vrijeslagspecialiste, kwamen de Olympische Spelen van Rio voor het eerst in zicht. De dochter van een vader die in de hotelbranche werkt mag met Brazilië een nieuwe bestemming afvinken op haar wereldkaart.

Sharon van Rouwendaal

Sharon van Rouwendaal

Discipline: 400 vrij, 800 vrij, 10 kilometer open water
Leeftijd: 22 jaar

Dat zwemtrainingen van negentig kilometer per week niet gezond zijn voor schouders, ontdekte Sharon van Rouwendaal dit jaar. Onder de Franse coach Philippe Lucas in Narbonne boekte de 22-jarige zwemster grote progressie. Nadat ze Eindhoven in 2013 verruilde voor afbeulsessies in het Franse Narbonne, won ze de Europese titel open water en zilver in het zwembad op de 400 vrij.

De rekening kreeg ze later gepresenteerd: de zwemster met de lange adem kreeg dit jaar last van ontstoken schouders. Aan de toptijden waarmee ze op de WK de show stal, kwam ze niet meer. Maar er is hoop: op de EK open water in Hoorn lag Van Rouwendaal in juli op koers voor prolongatie van haar Europese titel, tot ze een boei miste.

Die fout moet in Rio goed worden gemaakt. Het liefste heeft Van Rouwendaal tegen die tijd al olympisch eremetaal op zak, als ze in de eerste olympische week in actie komt in het zwembad.

Kira Toussaint

Kira Toussaint

Discipline: 100 meter rugslag
Leeftijd: 22 jaar

Het filmpje bezorgde haar kippenvel. Toen Kira Toussaint dit jaar op de Swim Cup in Eindhoven de olympische limiet zwom op de 100 rug, gingen haar Amerikaanse teamgenoten volledig uit hun dak. Met z’n allen volgden ze haar race aan de andere kant van de oceaan via een livestream.

Voor dat teamgevoel vertrok de dochter van Jolanda de Rover, de olympisch rugslagkampioene van 1984, drie jaar geleden naar de Verenigde Staten nadat ze het plezier in zwemmen in Eindhoven dreigde kwijt te raken. Nadat topsport op de Gulf Coast University in Florida een tijdje op een iets lager pitje stond, besloot het 22-jarige talent nog één poging te wagen om Rio te halen. Bij de universiteitsploeg van Tennessee, waar een goede coach zat, verbeterde Toussaint zichzelf weer. Ze leerde een nieuwe slag aan en werd daar dit jaar mee beloond met de olympische limiet. En zo gaat er 32 jaar na de Spelen in Los Angeles weer een telg uit de familie Toussaint naar de Spelen.

Maarten Brzoskowski

Maarten Brzoskowski

Discipline: 200 vrij, 4×200 vrij
Leeftijd: 20 jaar

Het oog van de meester had het weer goed. Toen coach Marcel Wouda Maarten Brzoskowski zag zwemmen, wist hij dat het 20-jarige talent meer kon dan uitblinken op de 1500 vrij. In een paar maanden tijd werd de zwemmer uit het Brabantse Best omgeschoold van een stayer tot een middelange afstandszwemmer, die ook uit de voeten kan op de 200 vrij.

Brzoskowski zwemt in Rio de 400 vrij en komt ook uit in de estafetteploeg van de 4×200 vrij. Op dat nummer pakte hij dit jaar Europees goud met zijn teamgenoten. En zo lag Brzoskowski ineens tussen de sprinters, terwijl hij vorig jaar op een trainingskamp in het Turkse Belek nog voor de grap een keer met de open waterzwemmers mee zwom. Voor individueel olympisch eremetaal zal de debutant op de Spelen nog een stukje harder moeten. Op de EK in Londen eindigde hij op de 400 vrij op de vijfde plek en op de 200 vrij werd hij zevende.

Ben Schwietert

Ben Schwietert

Discipline: 4×200 meter vrij
Leeftijd: 19 jaar

Als baby vloog Ben Schwietert al de hele wereld over. Toen hij een jaar oud was trok familie Schwietert naar Moskou vanwege het werk van zijn vader. Daar dook de jonge zwemfanaat voor het eerst in het bad. Als hij bij de training kwam opdraven zei hij geen hallo maar ‘privet’. Jaren later veranderde dat in ‘ni hao’, toen het gezin naar Shanghai trok. In China werd het jonge talent getraind door de Chinese toptrainer Peng Zi Dao, oftewel Mister Peng.

In 2011 kwam het gezin weer terug naar Nederland. De 19-jarige vrijeslagspecialist, die onder Martin Truijens in Amsterdam traint, is in Rio om te leren. Hij is als vijfde zwemmer toegevoegd aan de estafetteploeg op de 4×200 vrij. In Tokio in 2020 wil de student econometrie over vier jaar een finaleplek halen.

Sebastiaan Verschuren

Sebastiaan Verschuren

Discipline: 100 meter vrije slag, 200 meter vrije slag, 4×200 meter estafette
Leeftijd: 27 jaar

0,08 seconde. Met zo’n klein verschil greep Sebastiaan Verschuren in Londen naast een olympische medaille op de 100 vrij, het koningsnummer in de zwemsport.

De beste prestatie uit zijn carrière zorgde niet voor een doorbraak. Integendeel. Verschuren, overigens zo gek van koffie dat hij zijn eigen koffiemachine mét bonen meeneemt naar Rio, zocht lang naar de vorm die hem vier jaar geleden tot zijn grote verrassing naar een olympische finale bracht. De grappenmaker veranderde in een piekeraar. Zware gesprekken met trainer Martin Truijens, aan wie de zwemmer eeuwige trouw had gezworen, volgden.

De twee bleven in elkaar geloven en vorig jaar vond Verschuren de rust in zijn hoofd weer terug. Op de WK in Kazan stond de 27-jarige zwemmer voor het eerst sinds de Spelen weer in een grote finale. Op de 200 vrij werd hij vijfde. Meer succes kwam dit jaar. Op de EK in Londen werd Verschuren voor het eerst Europees kampioen op die afstand. Goud was er ook op de estafette van de 4×200 vrij, een belangrijk nummer voor Rio. Op de 100 vrij pakte Verschuren zilver.

Ferry Weertman

Ferry Weertman

Discipline: Openwaterzwemmen
Leeftijd: 24 jaar

Door zijn relatie met Ranomi Kromowidjojo zag Ferry Weertman zichzelf plotseling terug op de roddelpagina’s. Niet dat hij daar wakker van heeft gelegen: daar is de man met de lange adem veel te nuchter voor.

Gelukkig is er meer over de 24-jarige zwemmer te vertellen, want Weertman is de beoogde opvolger van olympisch kampioen open water Maarten van der Weijden, die in 2008 in Peking goud won. Weertman won op de EK in Berlijn in 2014 zijn eerste Europese titel op de 10 kilometer, die hij vorige maand in Hoorn prolongeerde. Op de WK in Kazan nam hij genoegen met zilver. Dat wil hij in Rio omgieten tot goud.

Het zou de kroon op het werk van zijn coach Marcel Wouda zijn. Wouda had het niet makkelijk met de mislukte opvolging van Jacco Verhaeren. Kromowidjojo vertrok en later verloor hij ook Femke Heemskerk, die naar Frankrijk ging. Met Weertman heeft hij een belangrijke troef in handen voor olympisch goud.

Femke Heemskerk

Femke Heemskerk

Discipline: 100 vrij, 200 vrij, 4×100 vrij, 4×200 vrij
Leeftijd: 28 jaar

Gedesillusioneerd keerde Femke Heemskerk na de Olympische Spelen in Londen zonder titels terug vanuit trainingsbasis Marseille naar Nederland. Bij Marcel Wouda in Eindhoven bloeide de 28-jarige zwemster weer op. Na haar wereldtitel op de kortebaan op de 100 vrij in 2014 leek het of Heemskerk eindelijk van haar finalestress was verlost.

In de zomer van 2015 kwamen haar ‘demonen’, zoals ze het zelf noemt, toch terug. De WK in Kazan werden een ramp en Heemskerk maakte een gewaagde beslissing. Ze vertrok wederom naar Frankrijk in de hoop dat de excentrieke coach Philippe Lucas in Narbonne na Sharon van Rouwendaal ook van haar een killer kan maken. De razendsnelle tijden die Heemskerk onder Wouda neerzette haalde ze dit jaar nog niet, maar ze is hoopvol. Met Europees zilver op de 200 en brons op de 100 vrij bewees Heemskerk medailles te kunnen pakken op de momenten dat het moet.

Ranomi Kromowidjojo

Ranomi Kromowidjojo

Discipline: 50 vrij, 100 vrij, 4×100 vrij
Leeftijd: 25 jaar

Met drie trainerswisselingen, een verbroken relatie met Pieter van den Hoogenband en worstelingen met haar vorm heeft Ranomi Kromowidjojo moeilijke jaren achter de rug. In Londen werd de 25-jarige zwemster tweevoudig olympisch kampioen met titels op de 50 en 100 vrij. Het kostte haar vier jaar om terug op niveau te komen.

Op de 50 vrij heeft Kromowidjojo nog goede kansen op olympisch eremetaal in Rio. Op de dubbele afstand gaat dat een stuk lastiger worden. Terwijl zij met haar vorm worstelde werd er een nieuwe standaard neergezet op het koningsnummer. De titels gaan nu naar zij die onder de 53 seconden zwemmen. De Australische Cate Campbell verbeterde in juli het oude wereldrecord op de 100 vrij met een waanzinnige 52.06. Kromowidjojo kwam dit jaar nog niet verder dan 53.17. De Nederlandse zal moeten hopen op een oude wet in de sport: in olympische finales kan alles anders zijn.

 Maud van der Meer

Maud van der Meer

Discipline: 4×100 vrij
Leeftijd: 24 jaar

Door de moordende concurrentie op de 4×100 vrij estafette, het zwemnummer waar Nederland jarenlang op domineerde, greep Maud van der Meer vier jaar geleden net naast een olympisch ticket. Saskia de Jonge zwom tweehonderdste sneller, dus mocht zij, en niet Van der Meer, naar Londen.

Nu zijn de rollen omgedraaid. De Jonge zette een punt achter haar carrière, net als Elise Bouwens, die haar zwempak eind 2013 aan de wilgen hing. Daarmee groeiden de kansen voor Van der Meer. Op de WK won ze vorig jaar zilver op de estafette van de 4×100 vrij en dit jaar werd het op de EK goud.

Voor een individueel startbewijs voor Rio waren de kansen van de 24-jarige zwemster heel klein met twee van de snelste vrouwen ter wereld, Ranomi Kromowidjojo en Femke Heemskerk, voor zich. Te klein, zo bleek. Maar dat deert de zwemster, die zich veel bezighoudt met gezonde voeding, niet. Zij maakt eindelijk haar olympisch debuut.

Marrit Steenbergen

Marrit Steenbergen

Discipline: 4×100 vrij, 4×200 vrij, 200 wissel
Leeftijd: 16 jaar

Ze is pas 16 jaar oud en nu al sneller dan Ranomi Kromowidjojo op die leeftijd was. Marrit Steenbergen gaf haar visitekaartje af toen ze op de Europese Spelen in Bakoe in 2015 een razendsnelle tijd zwom op de 100 vrij. 53.97 seconden, op dat moment de elfde seizoenstijd van de wereld.

Met een natuurlijke hoge ligging op het water en een postuur gemaakt voor zwemmen – lang, smalle heupen – kon Steenbergen niet anders dan vroeg van zich laten horen. Sinds ze onder de 54 seconden is gedoken maakt het talent dat onder Frank Bosma in Drachten traint deel uit van de befaamde estafetteploeg op de 4×100 vrij.

Op dat nummer gaat Steenbergen naar de Olympische Spelen in de hoop met de Nederlandse ‘golden girls’ haar eerste olympische medaille te halen. Ze zwemt ook de 4×200 vrij en de 200 wissel. Rio geldt als leerschool. Na de zomer maakt het jonge talent de overstap naar de nationale trainingsploeg en zullen alle ogen op haar gericht zijn als de gedoodverfde opvolgster van Kromowidjojo.

Esmee Vermeulen

Esmee Vermeulen

Discipline: 4×200 vrij
Leeftijd: 20 jaar

Esmee Vermeulen is één van de zwemsters die de eer van sprintland Nederland in de toekomst hoog moet houden als Ranomi Kromowidjojo en Femke Heemskerk zijn gestopt. Samen met Marrit Steenbergen hoort de 20-jarige Vermeulen bij een nieuwe generatie talentvolle vrijeslagzwemsters.

Oorspronkelijk kwam Vermeulen uit op de 800 vrij. Bij het nationale trainingsinstituut in Amsterdam werd ze omgeschoold tot een zwemster die ook uit de voeten kan op de 100 en 200 vrij. In Barcelona in 2013 maakte ze haar WK debuut, waar ze in de series zwom van de 4×100 vrij estafette. In de finale, waar ze niet in actie kwam, veroverden de estafettevrouwen brons. Op de EK in Berlijn in 2014 kwam Vermeulen ook enkel in de series in actie op drie estafettes.

Dit jaar kwam ze in Londen op de EK voor het eerst in de finale in actie, waar ze met Femke Heemskerk, Andrea Kneppers en Robin Neumann brons veroverde op de 4×200 vrij. Dat is ook het nummer waarop Vermeulen naar Rio mag.

Dion Dreesens

Dion Dreesens

Discipline: 200 vrij, 4×200 vrij
Leeftijd: 23 jaar

In Amerika ligt Dion Dreesens dagelijks in het water met één van de snelste mannen ter wereld: Ryan Lochte. Op zoek naar avontuur trok de 23-jarige zwemmer twee jaar geleden naar North Carolina. Dreesens vond, net als een aantal andere Nederlandse zwemmers, het programma in Eindhoven te soft. In Amerika wordt hij fysiek tot het uiterste gedreven.

De vrijeslagspecialist kreeg ook de rekening van de harde trainingen gepresenteerd: in de aanloop naar Rio had hij last van een schouderblessure en een hernia. Op de EK in Londen dook hij dit jaar alleen in de estafette van de 4×200 vrij, waarop hij knap goud haalde met het Nederlandse team, onder de limiet op de 200 vrij. Daarom was hij voor zijn individuele startbewijs op dat nummer afhankelijk van het oordeel van de zwembond KNZB en sportkoepel NOC-NSF. Dreesens krijgt, naast Sebastiaan Verschuren, het tweede startbewijs op de 200 vrij. Hij zit ook in de estafetteploeg van de 4×200 vrij.

Kyle Stolk

Kyle Stolk

Discipline: 4×200 vrij
Leeftijd: 20 jaar

Hij wordt vergeleken met Pieter van den Hoogenband, maar zijn jeugdidolen heten Roland Schoeman, Ryk Neetling, Darian Townsend en Lyndon Ferns. Kyle Stolk werd geboren in Zuid-Afrika. Door de hoge criminaliteit in het land vertrok het gezin naar Ierland voor een veiligere jeugd voor de twee zoons. Nu woont Stolk in Eindhoven, waar hij beter kan trainen.

Vanaf het moment dat hij naar Nederland verhuisde, zes jaar geleden, verpulverde hij om de haverklap Nederlandse jeugdrecords, waaronder veel oude records van ‘VDH’. De zoon van een Zuid-Afrikaanse moeder en een Nederlandse vader, die in 2013 Nederlands seniorenkampioen werd op de 100 vrij, is nog niet goed genoeg voor individuele olympische deelname. Wel zwom de 20-jarige vrijeslagspecialist op de estafette van de 4×200 vrij naar een plek in het team voor Rio. Twee jaar geleden zwom Stolk naar het zilver op de 200 vrij op de olympische jeugdspelen.

Joeri Verlinden

Joeri Verlinden

Discipline: 100 vlinder
Leeftijd: 28 jaar

In januari 2014 denkt Joeri Verlinden dat hij nooit meer kan zwemmen. Uit een standaard check komt een hartritmestoornis aan het licht. Een te hoge hartslag zou fataal kunnen zijn. In één klap staat de wereld van de 28-jarige zwemmer, die in Londen 0,38 seconden naast een olympische medaille op de 100 vlinder greep, op zijn kop.

Een paar weken later blijkt het loos alarm. Het laat toch zijn sporen na bij Verlinden, die na de Spelen van Londen ook al van een schouderblessure en een polsbreuk moest herstellen. Na een breuk met trainer Martin Truijens vindt hij bij Marcel Wouda in Eindhoven weer zijn geluk in het bad. In april van dit jaar zet de vlinderslagspecialist een streep onder een nare periode met de olympische limiet op de 100 vlinder.

De ramspoed is nog niet voorbij voor de zwemmer die bij zijn geboorte al een valse start maakte met een nierafwijking. Op de EK in Londen duikt Verlinden te vroeg het bad in omdat hij een geluid hoort wat niet het startsignaal blijkt te zijn. In Rio komt de herkansing.