Als het ijs smelt
De ijskap op Groenland smelt elk jaar harder dan voorspeld en zee-ijs verdwijnt in rap tempo. De Inuit, de inheemse bevolking van Groenland, worden hard getroffen door de gevolgen van de klimaatverandering. Hoe lang kunnen zij overleven en tegen welke prijs?
Als het ijs smelt
De ijskap op Groenland smelt elk jaar harder dan voorspeld
en zee-ijs verdwijnt in rap tempo. De Inuit, de inheemse
bevolking van Groenland, worden hard getroffen door degevolgen van de klimaatverandering.
Auteur Yvonne Dudock
Fotografie Nicole Franken
Cinematografie Tom Van Cakenberghe
Auteur Yvonne Dudock
Fotografie Nicole Franken
Cinematografie Tom Van Cakenberghe
Bekijk de documentaire hieronder of scroll verder voor het verhaal.
Zittend op een houten bankje kijkt Malik Olsvig (10) uit over Disko Bay, waar tientallen kleine, losgeraakte schotsen zee-ijs zo dicht opeengepakt voor de kust liggen dat het wel een mozaïekvloer lijkt. Op de golven daarachter drijven talloze ijsbergen, zover je kunt kijken. De stilte is oorverdovend, tot ineens met veel gekraak een stuk van een ijsberg afbreekt. Geschrokken vliegen de op het water dobberende ganzen op, als een donkere wolk in de strakblauwe lucht, om te verdwijnen richting de besneeuwde bergtoppen aan de overkant van de baai.
“De enige ijsbeer die ik ooit heb gezien, was in de dierentuin tijdens een vakantie in Denemarken”, begint Malik. “Volgens mijn vader komen hier al meer dan 25 jaar geen ijsberen meer voor.” Waarom? Hij wijst naar Disko Bay. “Er is bijna geen zee-ijs meer. En dus komen zeehonden, de prooi van ijsberen, hier niet meer. Op school leer ik dat het allemaal door klimaatverandering komt.”
’Zeehonden komen hier niet meer’
Malik houdt veel van buiten zijn, samen met zijn beste vriend Miki-Suluut.
Malik woont in Oqaatsut, een nog geen vijftig inwoners tellend dorpje in het noordwesten van Groenland, zo’n 300 kilometer boven de poolcirkel. Nergens is de opwarming van de aarde zo zichtbaar en voelbaar als in het arctisch gebied. Hier zijn de effecten van klimaatverandering tot wel drie à vier keer groter dan in de rest van de wereld. Onderzoek van de internationale unie voor natuurbescherming IUCN toont aan dat temperaturen er ongekend hard stijgen, dat het minder sneeuwt, maar vaker regent en dat door de opwarming van het zeewater het volume en de dikte van het zee-ijs elk jaar verder afneemt.
Bovendien is de zee-ijsperiode steeds korter, in de lente smelt het ijs eerder terwijl het in de herfst juist later bevriest. Waar het witte ijs zonlicht reflecteert, neemt het donkere oceaanwater juist zonlicht op. Hierdoor smelt er meer ijs en neemt het water nog meer warmte op. Het smelten van het zee-ijs versterkt dus de opwarming in het poolgebied. En dat is slecht nieuws voor de ijsbeer, die afhankelijk is van dik, aaneengesloten zee-ijs om zich te verplaatsen, om te jagen en om zich voort te planten. Maar niet alleen het leefgebied van de ijsbeer wordt aangetast. Veranderende weerpatronen en de opwarming van de zee en het land verstoren het kwetsbare ecosysteem en bedreigen de traditionele levenswijze van de oorspronkelijke bewoners van Groenland, de Inuït.
Mee de natuur in
De zee en het zee-ijs vormen de kern van het bestaan van de Inuït. Voor hun voedselvoorziening en levensonderhoud zijn zij afhankelijk van wat de natuur hen brengt. Malik: “Met onze sledehonden trekken we over het ijs naar onze visgronden, waar we vissen op kabeljauw, heilbot, kreeften, garnalen en krab. Of we gaan naar plekken toe waar zeehonden en walrussen liggen, om daarop te jagen. Maar we gebruiken het ijs ook om naar andere dorpen te reizen. Er is hier namelijk geen weg of zo.”
Met een lange stok in zijn ene en visgerei in zijn andere hand loopt hij door Oqaatsut, dat uit niet veel meer bestaat dan een handjevol gele, blauwe, groene en rode huizen, een supermarktje, een gemeenschapscentrum, een visfabriek en een kerk die tegelijkertijd ook dienst doet als school. Samen met zijn vader Nuunorujuk Eliassen gaat Malik ijsvissen in Rodebay, een inham aan de andere kant van het dorp. “Ik ga graag met mijn vader mee de natuur in. Hij leert me dan de tradities van de Inuït, dingen die hij weer van zijn vader heeft geleerd.”
Het is begin april en de zon schijnt al een paar dagen onafgebroken. De temperatuur ligt rond het vriespunt, veel te warm voor de tijd van het jaar. Af en toe veegt Malik de sneeuw weg en tikt een paar keer met de stok op het ijs. “Dat heb ik van mijn vader geleerd”, vertelt hij trots. “Komen er barsten in, dan is het te dun en niet betrouwbaar. Of ik bang ben om door het ijs te zakken? Nee, ik weet niet beter, maar ik ben wel voorzichtig. Het zee-ijs hoort bij ons. Het smelt nu hard en daardoor verandert er veel voor ons.”
De sneeuwval is niet langer voldoende om het volumeverlies van de ijskap weer aan te vullen.
Dan stopt hij en begint met de metalen punt van de stok een gat in het ijs te hakken. Niet veel later laat hij de visdraad met de haak in het wak zakken. Met korte rukjes trekt hij aan de visdraad, net zolang tot hij voelt dat hij beetheeft. “De vissen die we vangen, eten we zelf op. Is het te veel dan geven we het weg of we voeren het aan de honden.” Volgens de Inuït-gebruiken gooien ze nooit voedsel weg, maar delen ze alles. Ze nemen alleen van de natuur wat ze nodig hebben.
Ondertussen kijkt Nuunorujuk goedkeurend toe hoe Malik een zojuist gevangen vis van de haak haalt: “Toen ik zo oud was als Malik was het zee-ijs zo’n twee meter dik en kon je met de hondenslee naar Queqertarsuaq, het eiland aan de overkant van Disko Bay. Nu is de baai een open zee en is er nauwelijks nog zee-ijs. En wat er is, is te dun. Op veel plaatsen meet het niet meer dan 50, soms zelfs maar 10 centimeter.”
Net als het merendeel van de Inuït was Nuunorujuk visser, maar hij kon op een gegeven moment met zijn hondenslee niet meer bij zijn visplekken komen. Hij stapte over op vissen met een bootje, maar ook dat was niet zonder gevaar. “Op zee drijven steeds meer kleinere ijsbergen en losgeraakte schotsen zee-ijs, die bewegen in de stroming en de wind. Daardoor kan het zomaar gebeuren dat je bij een plotseling draaiende wind met je bootje ingesloten raakt tussen die ijsbergen en ijsschotsen. In het ergste geval zit je dagen vast. We vissen met kleine boten, er is geen kajuit waarin je kunt schuilen. En er is altijd een kans dat je boot door het ijs gekraakt wordt en zinkt. Op zee heb je geen bereik, je kunt niemand waarschuwen.
“Minder ijs zorgt er ook voor dat de zee onrustiger is, er zijn meer en hogere golven. Samen met de koude wind en lage temperaturen vormt dat een gevaar. Daarnaast beschadigen de op drift geraakte ijsschotsen je netten. Zowel de vangst als het materiaal gaan dan verloren en dat betekent kosten in plaats van inkomsten.
“Toen ik een gezin kreeg, ben ik gestopt als visser”, gaat Nuunorujuk verder. “Ik vond de gevaren te groot en heb ik me laten omscholen tot elektriciën en loodgieter. Ik werk nu in de visfabriek.”
’Toen ik een gezin kreeg, ben ik gestopt als visser’
Honden en hondensleeën zijn een belangrijk onderdeel van de Inuït-cultuur
Leven van de zee
Niet alleen het zee-ijs, ook het landijs neemt in hoog tempo af, zo blijkt uit onderzoek van de Universiteit van Ohio en van het Nationale datacentrum Sneeuw en IJs in Colorado. Volgens nieuwe klimaatmodellen smelt de Groenlandse ijskap 60 procent sneller dan eerder was voorspeld. Daarbij is de sneeuwval niet langer voldoende om het volumeverlies van de ijskap weer aan te vullen. Dat het hard gaat met de opwarming blijkt ook uit het afbreken van een stuk ijs van bijna 110 vierkante kilometer – groter dan de stad Utrecht – in september 2020 uit de grootste overgebleven ijsplaat in het noordoosten van Groenland.
De gevolgen zijn groot en leidt wereldwijd tot zeespiegelstijging, extreme weersomstandigheden en landdegradatie. Maar bijna niemand lijkt zich om de effecten voor de 50.000 Inuït in Groenland te bekommeren. Nuunorujuk: “We leven van de zee. We geven onze taal, onze tradities, onze verhalen door op het ijs. De zee en het ijs maken ons tot wie we zijn, zonder dat waren we een ander volk.”
Het ligt niet in de natuur van de Inuït om ver vooruit te kijken, ze volgen het ritme van de natuur en passen zich daar zo goed mogelijk op aan. Maar hun eeuwenoude kennis van het ijs en de natuur wordt door veranderende weerpatronen steeds minder waard. “Door de stijgende zeetemperaturen en het open water veranderen de vissen steeds van richting. Voorheen zat vis op redelijk vaste plekken, nu trekken ze weg, op zoek naar kouder water. Het worden er niet minder, maar de vissers weten niet meer waar ze precies zijn. Het is een continu proces van zoeken en aanpassen en dat bemoeilijkt het vissen. Voorheen zat overal vis en konden ze meer vangen in minder tijd.”
Veranderende weerpatronen en de opwarming van zee en land bedreigen de traditionele levenswijze van de oorspronkelijke bewoners van Groenland
Al op jonge leeftijd leren de kinderen jagen, ijsvissen en hondensleeën
Altijd zomer?
Na een paar dagen is het weer plotseling omgeslagen, een harde wind vanaf zee blaast de sneeuw horizontaal langs de ramen van de school. Buiten is het -20 graden, binnen aangenaam warm. Als de les is afgelopen rennen de kinderen (er zitten zes kinderen op school, in de leeftijd van 9 tot 14 jaar) naar het tafelvoetbal in de hoek van het kerkzaaltje. Malik: “Mijn vader is er trots op Inuït te zijn. Ik ook. Mijn vader zegt ook dat de klimaatverandering mijn toekomst beïnvloedt.” Hij stopt met spelen en kijkt naar buiten. “Ik weet niet beter dan dat er altijd ijs is, maar de natuur zal meer en meer veranderen. Groenland zal er heel anders uit gaan zien, minder sneeuw, minder zee-ijs, alsof het altijd zomer is. Dat lijkt me heel raar.”
De afgelopen decennia hebben de Inuït zich zo goed mogelijk proberen aan te passen, hebben ze hun veerkracht getoond en geleerd met de situatie om te gaan. Maar: hoe lang houden ze dat nog vol? Malik: “Ik vind het niet eerlijk dat wij al deze problemen hebben terwijl ze door anderen worden veroorzaakt. Er leven maar 50.000 Inuït in Groenland. De Chinezen, Europeanen en Amerikanen zijn de grote vervuilers, zij veroorzaken de klimaatverandering. Niet wij. Zij stoten veel CO2 uit met hun grote industrieën, zij rijden in vervuilende auto’s, zij hebben airco’s die veel stroom gebruiken. Daardoor wordt het in de hele wereld, maar vooral hier veel warmer en kan ik straks niet meer ijsvissen, niet meer met de honden sleeën, niet meer jagen voor mijn eten. Wat ik tegen deze mensen wil zeggen? Stop alsjeblieft met vervuilen, stop de klimaatverandering, zodat ik kan blijven leven volgens de tradities van de Inuït.”
Een na grootste ijsmassa op aarde
De ijskap van Groenland is de op een na grootste ijsmassa op aarde – de grootste bevindt zich op Antarctica – en bedekt het land voor 84 procent. Een 3D-analyse van NASA laat zien dat de ijskap al meer dan 100.000 jaar oud is, in het midden zo’n 3 kilometer dik is en in totaal circa 3 miljoen kubieke kilometer ijs (ongeveer 2,7 miljoen gigaton) bevat, genoeg om de zeespiegel met ruim 7 meter te doen stijgen. Door klimaatverandering worden de ‘smeltseizoenen’ steeds intenser, in 2012 had 97 procent van de ijskap op enig moment in het jaar te maken met het smelten van het oppervlak. Tussen 2002 en 2016 werd er een massaverlies gemeten van ongeveer 269 gigaton per jaar. Dat is 269 miljard ton per jaar.
Dit artikel werd gerealiseerd met de steun van het Fonds Pascal Decroos voor bijzondere journalistiek, het Postcode Loterij Fonds van Free Press Unlimited en het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten
Volg ons:
© 2022 de Persgroep Nederland B.V.
Alle rechten voorbehouden
Bekijk hier ons privacy statement en hoe wij cookies gebruiken