‘Zichtbaarheid is zo belangrijk’
Deze topsporters zijn open over hun lhbti+-identiteit.
foto’s en tekst
Hadas Itzkovitch en Anya van Lit
Zichtbaar aan de top
De groep topsporters die openlijk queer is groeit, maar vanzelfsprekend is het nog steeds niet. ‘Één moedige coming-out van een mannelijke homoseksuele topvoetballer kan bergen verzetten.’
Op de Olympische Spelen in Tokio was-ie af en toe zichtbaar: de regenboogvlag. Minstens 185 openlijk lhbti+-atleten namen deel, een verdriedubbeling in vergelijking met de vorige Olympische spelen in Rio de Janeiro. Nederland neemt met zeventien atleten een vierde plaats in op deze lijst van het Amerikaanse netwerk Outsports. Opmerkelijker is de grote voorsprong van de vrouwelijke atleten: de verhouding openlijk homoseksuelen is 9:1 ten opzichte van de mannen.
Maar het tij lijkt te keren voor lhbti+-topsporters. Steeds meer atleten nemen de stap om hun seksualiteit naar buiten te brengen. Ook het Internationaal Olympisch Comité (IOC) kwam in 2020 met een verklaring waarin homofobie gelijk wordt gesteld aan seksuele intimidatie. Sportorganisaties zijn verplicht dit te voorkomen.
In Nederland is het wachten op een homoseksuele topvoetballer bij de mannen die uit de kast komt. Vrouwelijke voetballers hebben daar minder moeite mee. Maar liefst een derde van de speelsters in het Nederlands vrouwenvoetbalteam is openlijk lesbisch. Ook in andere sporten zijn lhbti+-atleten vertegenwoordigd. Hoe ervaren Nederlandse lhbti+-topsporters de realiteit om zichzelf te kunnen zijn in de sportwereld? Voor hun langlopende fotoproject, Unparalleled, portretteerde het fotografenduo Hadas Itzkovitch en Anya van Lit verschillende topsporters, in Trouw verschijnen ze onder de titel Zichtbaar aan de top.
Jelto Spijker (22)
waterpolokeeper. Speelt bij ZVL-1886 CENTER en het Nederlands elftal
“Een openlijk homoseksuele sportman zijn is een uitdaging, zelfs als je wordt geaccepteerd door je team en collega’s. Ik kwam binnen mijn team uit de kast toen ik 17 was. Dat was makkelijker dan op school of thuis, dit waren echt mijn vrienden. We dronken samen bier en toen heb ik het gewoon verteld. Ze waren niet verrast, hun reacties waren positief en ondersteunend. En toen wilden ze weten wie van hen ik de knapste man vond.
“Het is geen cliché, er is echt een praatcultuur in de kleedkamer. Het draait allemaal om vrouwen en seks. Ik probeerde mee te praten, over mannen met wie ik aan het daten was. Maar dat konden de teamgenoten niet aan. Het is een wereld die zo ver van hen ligt. Dit soort gesprekken eindigde met intimiderende vragen en plagerijen. Daardoor voelde ik me alleen en geïsoleerd.
“Ik begon te twijfelen aan mijn sportcarrière. Ik zat niet goed in mijn vel, het beïnvloedde mijn prestaties. Het woog zwaar op mijn schouders om de enige openlijk homoseksueel in het waterpolo te zijn. Het was een druk die ik mezelf oplegde. Tijdens covid waren er geen wedstrijden en vond ik de rust en ruimte om na te denken. Ik kwam tot de conclusie dat mijn seksuele identiteit geen invloed zou moeten hebben op mijn carrière. Ik wil open en zichtbaar zijn over mijn seksualiteit. Ik ben Jelto de keeper die ook homo is, maar niet Jelto de homo die ook een topsporter is. Zo wil ik in het leven staan. Door uit de kast te komen maak ik geen kans om te spelen in teams van Oost-Europese landen, waterpolo wordt daar op hoog niveau gespeeld. Dat is een prijs die ik bereid ben te betalen: ik ga niet terug in de kast omwille van mijn carrière.”
Merel van Dongen (29)
voetballer bij Atlético Madrid en in het Nederlands vrouwenelftal
“In een voor mij ideale wereld is het niet nodig om lhbti+-rechten te bespreken. In die wereld zijn we allemaal gelijk, je kunt verliefd worden op wie je wilt. Dat is wat ik zo leuk vind aan de vrouwenvoetbalwereld. Het komt heel dicht in de buurt van mijn visie op dat ideaal. We zijn allemaal voetballer, als iemand vraagt of je een partner hebt, stel ik gewoon mijn vriendin voor. Niemand maakt er een punt van, niemand vraagt naar mijn coming out, het is allemaal gewoon normaal.
“Helaas is deze utopische wereld nog steeds vergezocht. Zeker als je kijkt naar de mannelijke voetbalwereld. Eén of twee spelers zijn openlijk homoseksueel, zij voetballen op hoog niveau in eigen land. Maar het is natuurlijk wachten tot er iemand zo stoer is om dit in de topcompetities te doen.
“Zichtbaarheid is zo belangrijk. Queer zijn en voetbal gaan heel goed samen. Creëer een veilige omgeving waar het woord ‘homo’ geen scheldwoord is. De FIFA probeert in verschillende clubs campagnes te vormen over inclusiviteit, stappen worden gezet. Maar een moedige coming out van een mannelijke homoseksuele topvoetballer kan bergen verzetten, en die voetballers zijn er zeker, of een gepensioneerde voetballer. Kom uit de kast! Als iemand zo groot als Ronaldo, met 450 miljoen volgers, een bericht plaatst om deze spelers te accepteren, hoe groot zal de impact dan wel niet zijn.”
Jeffrey Klok (23)
volleyballer bij Amysoft Lycurgus, speelde in het Nederlands team
“Als je de zeventienjarige Jeffrey had gezegd dat hij later topvolleyballer zou zijn, openlijk homoseksueel, geaccepteerd door zijn teamgenoten én zijn familie, dan had hij je niet geloofd. Het was een hele moeilijke weg, en het is nog niet helemaal klaar, maar hier sta ik.
“Ik had anderhalf jaar geen contact met mijn familie, mijn ouders hadden het heel erg moeilijk met mijn homoseksualiteit. Gelukkig had ik een vangnet; mijn vriend en mijn teamgenoten.
“Afgelopen seizoen speelde ik bij Dynamo, de meesten van ons speelden met een regenboogband. Mijn nieuwe club Lycurgus wil van homoseksualiteit binnen het team een item maken en heeft gevraagd of ik hier de woordvoerder van wil zijn. Binnen de mannensport heerst nog steeds een cultuur waarbij onderling discriminerende taal wordt gebruikt. Een standaard scheldwoord is nog steeds ‘homo’. Een slappe bal is een ‘homobal’. Ik ga daar recht tegenin. Ik zeg iets van alle discriminerende en seksistische uitlatingen.
“Mijn vader is een voormalig topvolleyballer. Ik ken geen andere sport dan volleybal. Men zegt zelfs dat ik speel zoals hij. Toch heeft hij nog veel moeite met mijn zichtbaarheid binnen de volleybalwereld. Maar gisteren aten we met mijn vriend en familie in de Reguliersdwarsstraat in Amsterdam, tussen de queers. Het was een verklaring van acceptatie. Mijn anderszijn is mijn kracht, ik vertrouw erop.”
Femke Heemskerk (34)
zwemmer, olympisch-, WK- en EK-medaille winnaar (2005-2021)
“Ruim een jaar geleden werd ik verliefd op een vrouw, op Maartje. Ik heb even aan mezelf getwijfeld of ik mijn seksuele identiteit al die jaren heb onderdrukt of genegeerd. Het antwoord is nee. Ik ben in het verleden verliefd geweest op mijn mannelijke partners en nu op een vrouw. Zo simpel is het.
“Ik word verliefd op mensen, niet op hun geslacht. Onlangs, op het podium bij een evenement van de Lesbische Liga, kreeg ik een enorm applaus. En ik voelde: dit is niet om wat ik kan, maar om wie ik ben. Dat raakte me.
“Het hebben van een relatie met een vrouw is voor mij een eyeopener geweest. Het is meer dan eens gebeurd dat mijn vriendin en ik vreemde opmerkingen kregen terwijl we hand in hand liepen, of zoenden op straat in Amsterdam. Niemand heeft ooit iets gezegd toen ik hetzelfde deed met een mannelijke partner. Ik realiseer me dat er nog veel moet gebeuren om volledige acceptatie te bereiken.
“In de laatste maanden van mijn zwemcarrière had ik al een relatie met mijn vriendin. Ik heb het niet publiekelijk aangekondigd, maar was er open over op sociale media en met collega’s. Een jonge zwemster (16) zei tegen me, toen we samen aan het trainen waren: ‘jij hebt toch ook een vriendin? Ik sinds kort ook’. En ik had het idee dat ze het fijn vond dat ze dat tegen me kon zeggen. Zichtbaarheid is belangrijk, soms zou ik willen dat ik veel eerder, in de bloei van mijn carrière, verliefd was geworden op een vrouw. En dan als voorbeeld kon dienen om onbeschaamd te zijn wie je bent.”
Anne Veenendaal (26)
hockeyer bij Amsterdam en in het Nederlands Elftal
“Ik wilde eigenlijk voetballer worden, maar het werd hockey. Keepen leek me heel cool, ik was er heel goed in en speelde vanaf mijn dertiende op hoog niveau met meiden die veel ouder waren dan ik. Ze spraken veel over vriendjes, ik wist toen al dat ik anders was dan zij. Op mijn achttiende had ik mijn eerste vriendin, een andere hockeyspeler. Ik vertelde het aan een aantal spelers. De hockeywereld is klein, binnen de kortste keren wist iedereen het. De meeste mensen zeiden dat ze het al vermoedden, maar afwachtten tot ik het zelf zou aankondigen. Dat vind ik heel belangrijk; in het reine komen met je eigen seksualiteit en er klaar voor zijn om ermee naar buiten te komen, dat is een heel persoonlijk proces. Dit is het beste advies dat ik kan geven aan collega’s in de sportwereld: wees respectvol en aardig, laat mensen hun weg vinden, om in hun eigen tijd naar buiten te komen en steun ze dan.
“Ik heb persoonlijk nooit een negatieve ervaring gehad als lesbienne in de hockeywereld. Maar het onderwerp kan op verschillende manieren confronterend zijn. Er speelt nu een discussie die mij na aan het hart ligt. Het WK hockey5s vindt plaats in Oman waar homo zijn illegaal en strafbaar is. De internationale hockeyfederatie benadrukt voortdurend de noodzaak van gelijkheid. ‘Equally Amazing’ is hun slogan, maar ze verzetten zich niet tegelijkertijd tegen de spelen in Oman. Hoewel de teamformatie nog onbekend is, is er geen kans dat ik me zou aansluiten bij dit team.”
Ramon Martinez Gion (32)
volleyballer, vorig seizoen bij Cambrai
“Mijn coming out in de sportwereld was aan het begin van mijn professionele carrière. Ik was 19 en speelde voor Zwolle. Geruchten deden de ronde, en een teamgenoot vroeg me op de man af of ik homo was. Het was een heel leuk team en ik voelde me omarmd. Rond die tijd heb ik veel interviews gegeven en mijn homoseksualiteit benoemde ik altijd. Het is dus nooit een geheim geweest. Ik was de eerste openlijk homoseksuele topvolleyballer in Nederland. En de eerste topsporter die in België uit de kast kwam, toen ik voor een Belgische club speelde.
“In Nederland, tijdens een wedstrijd, riep een tegenstander ‘homo !’ naar me. De supporters op de tribune werden woedend. Ik had het niet eens gehoord. Maar we wonnen en ik heb de schreeuwer niet meer aangekeken. Dat was slechts één negatief incident in de laatste twaalf jaar van mijn carrière. Ik speelde ook in teams in China en Turkije, daar sprak ik niet over mijn seksualiteit.
“De kleedkamercultuur bij het mannenvolleybal is heel erg heteroseksueel. Soms voel ik het ongemak van andere spelers met ‘de homo in de kamer’. Dan word ik afstandelijk benaderd. Mijn manier om daar mee om te gaan is humor. Zo zong ik eens een liefdeslied voor een van deze jongens, iedereen had enorme lol en het ijs brak.
“Voor spelers uit landen die niet bepaald lhbti+-vriendelijk zijn, ben ik de eerste homo die ze persoonlijk ontmoeten. Als teambuilding moesten we een keer op papier schrijven wat we van elkaar vonden. Een teamgenoot schreef dat hij door mij niet langer homofobisch was, dat vervulde me met trots.”
Volg ons:
© 2022 de Persgroep Nederland B.V.
Alle rechten voorbehouden
Bekijk hier ons privacy statement en hoe wij cookies gebruiken